Een man heeft een hoekwoning met aangebouwde garage gehuurd. De inboedel heeft hij via een adviseur verzekerd bij ASR. In augustus 2019 huurt hij een auto, die hij parkeert op de oprit. In de nacht van de 23e vliegt de auto in brand; de huurder gaat de brand te lijf met een poederblusser, waarbij er rook, roet en bluspoeder in de woning terechtkomt. Dat zorgt voor € 59.655 aan schade.
Die schade wil ASR niet vergoeden, want wat blijkt? In de garage is een hennepkwekerij ontdekt. Het gebruik van de woning is gewijzigd en het verzekerde risico is verzwaard, concludeert ASR, en dat is niet gemeld. Er is dus sprake van misleiding en de dekking is vervallen.
Rechter: voldoende bewijs
Er zijn aanwijzingen voor een hennepkwekerij: de in de garage aanwezige materialen en afwijkingen in stroom- en waterverbruik duiden daarop. Maar de man houdt vol dat er van een kwekerij geen sprake was en stapt naar de rechter. Die stelt ASR in het gelijk, onder meer omdat de verzekerde op verzoek geen nadere stukken heeft laten zien. Bij het gerechtshof stelt de man dat de rechter dat bevel niet duidelijk heeft gegeven - hij volhardt in zijn standpunt dat hij geen hennep kweekte in zijn garage.
Het hof stelt eerst dat ASR moet bewijzen dat er een kwekerij aanwezig was. Dat bewijs is geleverd, is het oordeel. Zo is er een aftakking van de elektriciteit gevonden vóór de meter die via de kruipruimte naar de garage liep, wat energieleverancier Enexis heeft bewogen tot het aangifte doen van diefstal van elektriciteit. Er is ook een verbroken verzegeling en verwijderde watermeter gesignaleerd, waarna waterleidingmaatschappij WML aangifte heeft gedaan van diefstal van water. De politie heeft verder apparatuur en materialen voor een hennepkwekerij gevonden, plus een grote hoeveelheid potten en henneprestanten. Het staat allemaal in het rapport van deskundige I-Tek.
Strafvraag niet relevant in civiele zaak
Toch vindt de man dat daarmee nog niet vaststaat dat er een hennepkwekerij en daarmee een risicowijziging was. Het rapport klopt niet, maar zelf kon hij geen onderzoek meer doen omdat zijn woning op last van de burgemeester tijdelijk was gesloten, zo verweert hij zich. De watermeter was juist diezelfde dag verwijderd vanwege een tikkend geluid. Om medische redenen maakte hij CBD-olie (hennepolie) voor eigen gebruik. Hij stelt het OM aan zijn zijde te hebben wat betreft de waterdiefstal.
Maar het hof vindt het niet overtuigend. De verzekerde had met concrete stukken moeten komen en dat hij zijn huis niet in kon, was zijn risico. Het argument met betrekking tot de diefstal verwerpt het hof ook: dit is een civiele zaak, waarin het er niet om gaat of diefstal bewezen is, maar of voldoende aannemelijk is dat sprake is van een risicowijziging in de zin van de polisvoorwaarden.
De hoeveelheid materiaal in de garage wijst niet op kleinschalig gebruik van hennep voor het maken van (alleen) CBD-olie voor eigen gebruik. "Ook in dit kader heeft te gelden dat het enkele feit dat [de man] niet strafrechtelijk is vervolgd wegens een overtreding van de Opiumwet, zoals [hij] naar voren heeft gebracht, in deze civiele zaak niet betekent dat van een risicowijziging geen sprake is."
Al dan niet werkende hennepkwekerij niet doorslaggevend
De verzekerde heeft een punt dat niet onomstotelijk kan worden afgeleid dat zich een werkende hennepkwekerij in de garage bevond, erkent het hof. Maar: "In het kader van de beoordeling van de vraag die in deze zaak voorligt, namelijk of sprake is van een risicowijziging, is niet doorslaggevend of de hennepkwekerij wel of niet in werking was." Voldoende is dat er aanwijzingen zijn dat er in ieder geval vergaande voorbereidingen voor een hennepkwekerij waren getroffen, dan wel dat er in de garage eerder een werkende hennepkwekerij aanwezig is geweest. "Een (voormalige) hennepkwekerij, dan wel de mate van voorbereiding waarvan in dit geval sprake was, inclusief een geconstateerde illegale aftakking van stroom, is een evidente risicoverzwaring en dus een risicowijziging voor de verzekeraar. Dergelijke activiteiten brengen immers niet alleen een verhoogd brandrisico mee, maar ook het risico van drugsgerelateerde criminaliteit."
Niet onredelijk bezwarend
Dat een verzekerde een risicowijziging moet melden, is bovendien geen onredelijk bezwarend beding, oordeelt het hof. "Bovendien is van belang dat bedingen in verzekeringsovereenkomsten met betrekking tot het moeten doorgeven van de wijziging van de bestemming van het verzekerd object op straffe van het verval van het recht op uitkering onder die verzekering gebruikelijk zijn. Verzekeraars hebben bij dergelijke mededelingsplichten en uitsluitingen immers een groot belang."
Ook bij het gerechtshof trekt de verzekerde dus aan het kortste eind.