Met Docters van Leeuwen stond de AFM direct als een huis

Afgelopen week overleed Arthur Docters van Leeuwen op 75-jarige leeftijd. In de verzekeringswereld zal hij herinnerd worden als de markante eerste bestuursvoorzitter van de AFM, die de toezichthouder op de kaart zette en het beeld van de gevreesde waakhond bestreed: "Een professioneel geleid bedrijf zal ons straks nog eens in z'n gebeden gedenken."

Docters van Leeuwen werd eind jaren negentig voorzitter van de Stichting Toezicht Effectenverkeer, de voorloper van de AFM die enkele jaren daarna het toezicht op de verzekeringsbranche voor haar rekening ging nemen. “Wij moesten vreselijk uitkijken, zeker politiek gezien”, zei hij over de begintijd. “Want voor we het wisten kregen we steeds meer op ons bord. Taken die niets te maken hebben met toezicht op financiële markten en die uiteindelijk alleen maar tot ineffectiviteit zouden leiden. Zo kreeg ik het verzoek om ook toezicht te houden op loterijen. ‘Beleggen is ook een soort loterij’, zeiden ze dan. Ja, kom zeg!”

Geen antennefabriek

Humor was Docters van Leeuwen niet vreemd. “Heus, wij zijn geen menseneters“, verkondigde hij al voordat de AFM daadwerkelijk operationeel was. “Dat staat trouwens niet voor Antenne Fabriek Midden-Nederland, maar voor Autoriteit Financiële Markten.” In een interview met AM liet Docters van Leeuwen weten dat de branche al snel gewend was aan de komst van een nieuwe toezichthouder: “In eerste instantie was men wat terughoudend, maar nu duidelijk is dat er een nieuwe toezichthouder komt, wil men het toezicht ook goed regelen. Men is gewend aan het idee en wil er nu het beste van maken. Men blijft niet mokken. Maar ik had dan ook niet anders verwacht.”

Ze rekken de regels op: de toezichthouder zal toch wel ingrijpen als ons bedrijf over de schreef gaat”

Nieuw was voor hem het gebrek aan transparantie in de branche, zoals over het aantal daadwerkelijk actieve intermediairs. “Ik moet aan die onduidelijkheid erg wennen. Het lijkt een beetje op mijn tijd bij de Binnenlandse Veiligheidsdienst. Daar wist je ongeveer hoeveel terroristen er waren, maar ook niet exact. Niet dat ik tussenpersonen met terroristen zou willen vergelijken…”

Hij vond dat een toezichthouder terughoudend en rechtlijnig moest zijn, om te voorkomen dat ondernemingen juist meer risico’s gaan nemen als ze een gretig ingrijpende toezichthouder achter zich weten: “Ze rekken de regels op: de toezichthouder zal toch wel ingrijpen als ons bedrijf over de schreef gaat, dus we durven wel een stapje verder.”

Zorgplicht

Volgens Docters van Leeuwen was de introductie van de zorgplicht de belangrijkste verandering die hij als AFM-voorzitter meemaakte: “We kregen een verzoekje van David Wright, de directeur van de Europese Commissie: ‘kunnen jullie niet iets voor de consument doen’? Dat was helemaal niet zo vanzelfsprekend en stuitte aanvankelijk op nogal wat weerstand in de Europese Commissie. Maar ik vond het belangrijk, dus ik heb het aangepakt. Dat werd de zorgplicht; de eis dat financiële dienstverleners in het belang van hun klanten handelen. De invoering daarvan in 2004 is wat mij betreft de meest maatgevende verandering in de verhouding tussen producent en consument.”

Op een potje jam staat ook wat erin zit”

Bijsluiter

De financiële bijsluiter moest er ook komen, vond hij. “Vanwege de buitengewoon simpele gedachte dat op een potje jam ook staat wat erin zit. Het moest gewoon duidelijk zijn wat er in dat financiële product zit. Want mensen wisten dat vaak helemaal niet.” En een deel van de consumenten is te goed van vertrouwen, stipte hij aan: “Het is dus goed dat de zorgplicht er is. Alle rechtszaken die we nu zien rond de woekerpolissen baseren zich op het begrip zorgplicht. En tot grote schrik van de industrie breidt zich dat nog steeds verder uit.”

Drie vragen belangrijk

Maar de consumentenbescherming is niet oneindig, zo was zijn overtuiging. Die deelde hij al snel met de branche na zijn aantreden, op een NBVA-nieuwjaarsbijeenkomst. “Een consument moet zich volwassen gedragen. Hij is niet per definitie zielig vergeleken met een groot bedrijf.” Hoewel hij niet van het gedogen was, vond Docters van Leeuwen dat de financieel dienstverlener geen schrik moet hebben voor de AFM. “Een professioneel geleid bedrijf met deskundig personeel, dat de langetermijnrelatie met klanten voorop stelt, zal ons straks nog eens in z’n gebeden gedenken en zal geen last van ons hebben. Het gaat erom dat je als adviseur drie vragen beantwoord hebt: wat verkoop ik en weet de wederpartij dat ook, is de ander geschikt voor dit product, en is de nazorg goed geregeld?”

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.