Een nu 66-jarige man gaat in 1979 aan de slag als magazijnmedewerker/heftruckchauffeur bij een rechtsvoorganger van het bedrijf Air Liquide Welding. Die besluit in 2000 om de pensioenregeling voor werknemers onder de 50 om te zetten van een eindloonregeling naar een beschikbare premieregeling. Elf jaar later is er een reorganisatie bij Air Liquide en dat kost de man zijn baan. Hij gaat bij een ander bedrijf werken en dat neemt de bestaande pensioenregeling over.
Gevolgen worden vijftien jaar later duidelijk
De man neemt in 2015 zijn pensioenpapieren eens onder de loep en dat roept vragen op. Die worden na enkele doorverwijzingen in de lente van 2016 beantwoord door een pensioenadviseur. Daarna gaat er een brief naar Air Liquide: de pensioenregeling blijkt slechts gedeeltelijk te zijn voortgezet bij de nieuwe werkgever. Er zijn nog twee polissen die niet aan de nieuwe pensioenverzekeraar NN zijn overgedragen. Bovendien is de hoogte van het opgebouwde pensioen niet in overeenstemming met de premies die hij heeft betaald, ziet de man, die er pas dan achter is gekomen dat zijn pensioenregeling in 2000 is omgezet. Die wijziging is zonder toestemming of informatie doorgevoerd, zo betoogt hij. Hij wil een schadevergoeding van Air Liquide. De pensioenadviseur heeft berekend dat de man € 104.742 schade heeft geleden doordat de jaarlijkse pensioenuitkering aanzienlijk lager uitpakt. Bovendien is berekend welke kosten en risicodekkingen in mindering zijn gebracht op de beschikbare premie. 43% is opgegaan aan additionele dekkingen en ruim 15% aan kosten voor de verzekeraar, provisie en aan- en verkoopkosten voor beleggingen. De betaalde beschikbare premies van € 29.823 hebben uiteindelijk € 16.195 aan pensioenkapitaal opgeleverd.
Voorlichtingsbijeenkomst
Een bezwaar van de man is dat destijds op een voorlichtingsbijeenkomst - volgens de tekst van de uitspraak verzorgd door Stad Rotterdam - niet is gewezen op de schaduwkanten van een beschikbare premieregeling. "Er wordt in de sheets als oorzaken voor de wijziging van de pensioenregeling verwezen naar 'gewijzigde maatschappelijke normen', 'nieuwe fiscale wetgeving' en 'tevens meer flexibiliteit'." Er zijn rendementen getoond van 8% en 10%. "Ook tonen zij rendementen van de diverse beleggingsfondsen, allemaal met een hoog gemiddelde, zonder te wijzen op beleggingsrisico's waardoor de rendementen veel ongunstiger zouden kunnen uitvallen. Stad Rotterdam Verzekeringen besteedt geen aandacht aan het renterisico. Wat gebeurt er met het pensioenkapitaal wanneer de rente laag uitvalt? Stad Rotterdam Verzekeringen vermeldt niets over wat er gebeurt bij salarisstijgingen en Stad Rotterdam Verzekeringen vertelt niets over welk deel van de beschikbare premies wordt besteed aan additionele dekkingen en de kosten." De man wil dat zijn werkgever bij NN alsnog ruim een ton stort om het niveau van de initiële eindloonregeling te bereiken.
Geen verjaring
Bij de kantonrechter moet de man aanvankelijk bakzeil halen: de werkgever heeft aan zijn informatieverplichtingen voldaan. Maar de ex-werknemer gaat in hoger beroep. Voor het gerechtshof stelt Air Liquide dat de man al voor 2016 van de pensioenschade, onder meer via de brieven met factor A, waarin wordt gewaarschuwd voor een mogelijk pensioentekort. Er is dus sprake van verjaring. Maar dat vindt het hof niet. Er is niet gebleken dat de voormalig werknemer eerder voldoende zekerheid had gekregen dat sprake was van pensioenschade veroorzaakt door tekortschieten van Air Liquide. Dat kan evenmin een beroep doen op een verklaring die de man in 2011 tekende dat hij geen rechten meer zou ontlenen aan de oude pensioenregeling. Hij kan weliswaar ASR niet meer aanspreken, maar de voormalig werkgever wel omdat die mogelijk verplichtingen uit hoofde van goed werkgeverschap niet zou zijn nagekomen.
'Eigenwijs'
Air Liquide vindt dat de man geïnformeerd is over de wijziging: er is een algemene voorlichtingsbijeenkomst geweest, maar daar is hij niet naartoe geweest. Hij heeft ook afgezien van een persoonlijk gesprek en heeft zelf voor een bepaalde beleggingsmix gekozen. Tot slot heeft hij pensioenoverzichten ontvangen. Maar dat is niet genoeg, oordeelt het hof. Dat neemt er een intern memo uit 2000 bij. "In deze aankondiging wordt de nadruk gelegd op positieve aspecten van de wijziging van de pensioenregeling zoals individualisering en eigen invloed van de werknemer op zijn pensioenrechten", stelt het hof vast. "Ook in de presentatie van 17 november 2000 is niet, althans niet op een voor een magazijnmedewerker met beperkte financiële achtergrond als [de man] voldoende duidelijke wijze gewezen op mogelijke nadelen en risico’s in verband met de wijziging van de pensioenregeling. Integendeel, in de eerste sheet wordt gewezen op het dynamisch, flexibel, eigenwijs, persoonlijk en eigentijds karakter van de pensioenregeling. Vervolgens worden enkele opmerkingen over pensioenregelingen in het algemeen en de nieuwe regeling in het bijzonder gemaakt."
'Informatie bijzonder onevenwichtig'
Verder is met uitsluitend relatief hoge gemiddelde jaarlijkse rendementen gerekend en zijn uitsluitend voordelen van de nieuwe regeling benoemd. "Nadelen worden niet benoemd. Zo is onvoldoende duidelijk gemaakt dat het beleggingsrisico volledig verschuift van pensioenverzekeraar naar werknemer en welke nadelen daaraan verbonden kunnen zijn. Een voorbeeldberekening met een onverhoopt lager gemiddeld rendement ontbreekt." Ook is niet vermeld dat 1/3 van de totale pensioenpremie wordt aangewend voor de opbouw van het pensioenkapitaal waarmee op ingangsdatum van het pensioen een pensioenuitkering wordt gerealiseerd. "Het hof acht de aldus verstrekte informatie bijzonder onevenwichtig en daarmee ook ontoereikend voor de conclusie dat [de man] zodanig is geïnformeerd dat hij welbewust de wijziging van de pensioenregeling heeft aanvaard."
Voldeed niet aan de eisen
De man wist wel van de wijziging, maar niet genoeg over de strekking en gevolgen daarvan om een bewuste keuze te kunnen maken, aldus het hof. Ook aan de destijds andere normen voor voorlichting voldeed de informatie niet: "Met name het ontbreken van enige voorlichting over de hoogte van de substantiële kosten en additionele dekkingen die op de pensioeninleg in mindering strekte voldoet niet aan de destijds geldende eisen. Ook naar de in 2000 geldende maatstaven is niet voldaan aan de eis van zodanige voorlichting en informatie dat sprake is van een bewuste instemming van [de man] met de wijziging van de pensioenregeling."
Air Liquide moet de ex-werknemer dus compenseren. Hoe groot de geleden schade is, moet nog worden vastgesteld.