Rechter: Letsel voorzienbaar bij duw tijdens burenruzie, geen dekking AVP

Rechter: Letsel voorzienbaar bij duw tijdens burenruzie, geen dekking AVP

Iemand plotseling een stevige duw geven valt onder het opzettelijk toebrengen van schade. Ernstige letselschade is dan te voorzien, oordeelt de voorzieningenrechter in kort geding. Daardoor hoeven NN en De Burcht voorlopig geen uitkering te doen op een aansprakelijkheidspolis. De rechter biedt de betrokken verzekerde nog wel een opening door te stellen dat hij in een bodemprocedure bijzondere omstandigheden kan aantonen.

De kwestie draait om de opzetclausule in de polis. Die komt in de schijnwerpers te staan als begin mei 2021 een accountant een partij hout laat afleveren bij zijn huis. De aanhanger met het materiaal staat tijdelijk op de oprit, maar dat zint de buurman niet. Die spreekt de accountant daarop aan – de houtleverancier is nog ter plaatse – en zegt dat de aanhanger verplaatst moet worden. Het antwoord, voor zover er al sprake was van een vraag, laat niets te raden over: dat is nee. De boze buurman duwt de weigerende houtkopende accountant daarop in de rug, zodat de man voorovervalt en letsel oploopt.

Claim afgewezen

Eind mei 2021 doet de accountant aangifte wegens mishandeling en in oktober wordt de duwende buurman aansprakelijk gesteld voor de geleden en nog te lijden schade als gevolg van het voorval. Een nare kwestie, maar de boze buurman heeft een aansprakelijkheidsverzekering lopen bij Assuradeuren Gilde, waarbij Nationale-Nederlanden en De Burcht in poolverband het risico delen. De polis kent echter wel een opzetclausule: schade die veroorzaakt is door opzettelijk tegen een persoon gericht handelen, in strijd met het recht, is niet verzekerd. "Het maakt niet uit dat de schade anders of groter is uitgevallen dan de verzekerde zich had voorgesteld", staat er ook. En die clausule voert Assuradeuren Gilde in juni 2022 aan als reden om geen dekking te verlenen.

Nog altijd letselklachten

Ondertussen krijgt de duwende man in 2023 van het OM een boete opgelegd van € 400 en de plicht een schadevergoeding aan zijn buurman te betalen van € 1.890,71. Want het letsel is niet bepaald meegevallen. De accountant start in december 2024 een deelgeschilprocedure bij de rechtbank, met het verzoek te verklaren dat de duwende man aansprakelijk is voor de materiële en immateriële schade als gevolg van het voorval. Hij wil een voorschot van € 5.000.

Uit de verklaring bij de rechtbank blijkt dat de accountant bij de val tijdelijk het bewustzijn verloor en daarna last had van elleboog en vinger, wonden in het gezicht en klachten aan rechterbeen, -arm en -schouder. Bovendien had hij meerdere blauwe plekken en schaafwonden. Het ziekenhuis concludeerde dat de man een hersenschudding had en dat zijn linker ringvinger en rechter elleboog gebroken waren. Later doken ook klachten als hoofdpijn, verwardheid en loszittende tanden op.

Hij is tijdelijk volledig arbeidsongeschikt geraakt, wat zijn carrière heeft geschaad. Ook nu nog heeft hij concentratieklachten, hij werkt “nog maar 40 uur per week, terwijl hij voor de mishandeling 60 uur per week werkte”. Hij zou zelfs lijden aan PTSS. Doordat hij zich onveilig voelde, is hij verhuisd en ook een geannuleerde skivakantie wordt in het geding gebracht.

Niet gericht op letsel

Nog voor de behandeling van die zaak treft de inmiddels ex-buurman NN en De Burcht voor de voorzieningenrechter. Hij betoogt dat hij zijn buurman alleen een duw heeft gegeven om de aandacht te trekken. De duw was niet gericht op het toebrengen van letsel.

Dat de duw krachtig was, bestrijdt de man ook: zijn buurman is gevallen omdat hij tegen het geleverde hout aanstond. De partij hout van ongeveer 15 centimeter hoog kon de duwer niet zien door de geparkeerde auto’s, het feit dat zijn buurman voor de stapel hout stond en de harde regen. Het was een ongelukkige samenloop van omstandigheden, aldus de verzekerde. Die had niet kunnen voorzien dat zijn duw al die klachten teweeg zou brengen.

In verzekeringstechnische zin wijst de verzekerde erop dat NN en De Burcht een ruimere opzetclausule hanteren dan de model-opzetclausule die is opgenomen in het door het Verbond van Verzekeraars opgestelde Standaardpolismodel AVP 2000. Daar is hij voor het sluiten van de polis niet op gewezen.

Kader Hoge Raad

De Hoge Raad heeft eerder overwogen dat bij de toepassing van de standaard-opzetclausule uitgangspunt is dat er sprake moet zijn van opzettelijk en wederrechtelijk gedrag, gericht op het ontstaan van schade, waarbij de feitelijke schade als een te verwachten of normaal gevolg van de desbetreffende gedraging kan worden aangemerkt. Opzet moet worden beoordeeld aan de hand van “de aard van de gedraging in het licht van de omstandigheden waaronder deze is verricht”. Ook schade die niet direct werd beoogd kan onder de opzetclausule vallen.

De voorzieningenrechter vindt dat de extra toevoeging van NN en De Burcht in de clausule inhoudelijk geen verschil maakt. De duw was gericht op het doen ontstaan van letselschade, oordeelt de rechter. Vier getuigen, onder wie de houtleverancier, ondersteunen die uitleg. Een overbuurman stelt zelfs dat bij de man “door de lucht zag vliegen”. Een taxichauffeur spreekt van een karatetrap, waarbij het voorhoofd van de accountant tegen de aanhanger kwam.

De rechter stelt vast dat het ging om een geweldsuiting met een onverwacht en hard karakter, waaraan geen escalerende conflictsituatie voorafging. Daarom was er sprake van een opzettelijke en wederrechtelijke gedraging. “Deze uiting van geweld is zonder meer onrechtmatig jegens [de accountant] en tevens objectief bezien gericht op het doen ontstaan van letsel." Het was te voorzien dat de man door de duw zou vallen. Dat weegt nog zwaarder omdat de oprit waar het gebeurde afliep in de richting van de openbare weg en het slachtoffer met zijn gezicht in die richting op de oprit stond. Het letsel was een te verwachten of normaal gevolg, aldus de rechter.

Mogelijk beroep op hardheidsclausule

De opzetclausule is hier in principe van toepassing, maar onduidelijk is nog wel wat de exacte positie was van de stapel hout en in welke mate die stapel hout aan de gestelde schade heeft bijgedragen. Ook is de vraag of en hoe de duwende buurman zicht heeft gehad op de stapel hout en de aanhanger. Dat kan een rol spelen bij de hardheidsclausule die de Hoge Raad eerder heeft geformuleerd, die toestaat dat in bijzondere situaties anders geoordeeld kan worden. Tot slot is de totale letselschade nog niet in beeld. Om tot een definitief oordeel te kunnen komen, moet er een bodemprocedure gevoerd worden.

De duwende buurman delft dus in kort geding het onderspit, maar zal hoogstwaarschijnlijk wel verder procederen.

Rob van de Laar

Rob van de Laar

redacteur AM

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.