In juni 2017 voert HDI als leidende verzekeraar een inspectie uit op het terrein van de mestvergister. Wat volgt is een lijst met gebreken die de ondernemer dient op te lossen. Elektrische installaties blijken niet gekeurd, blusmiddelen worden niet onderhouden en de huishouding (netheid van het bedrijf) is onder de maat. Univé stuurt het rapport naar de vergister, maar daar wordt niet gereageerd.

Marsh wil graag op de hoogte gehouden worden van de opvolging van het inspectierapport, maar hoort vervolgens ook niets meer van Univé. De Marsh-medewerker mailt meerdere reminders, maar telkens zonder respons. Ruim een jaar later is er nog steeds geen reactie. Noch van de ondernemer, noch van Univé. Marsh licht in augustus 2018 HDI in dat er geen reactie is geweest op de aanbevelingen.

Drie verzekeraars zeggen op

In de aanloop naar de prolongatie zeggen HDI (20%), Sompo Canopius (15%) en MS Amlin (10%) de verzekering op. Marsh kondigt aan vervanging te zoeken voor de ontbrekende 45 procent, maar geeft als voorwaarde dat er dan een reactie moet komen op de aanbevelingen uit 2017. Die komt er opnieuw niet. De placing broker kan op die manier geen andere verzekeraars vinden en besluit daarop de complete klantrelatie met de mestvergister te verbreken. In een mail aan de overige verzekeraars (Delta Lloyd, Achmea, Allianz en Generali) schrijft Marsh het volgende:

“Ondanks vele verzoeken hebben wij nimmer een terugkoppeling vanuit de tussenpersoon en/of relatie gehad op de diverse openstaande punten naar aanleiding van de inspectie van halverwege 2017. Inmiddels hebben wij met diverse partijen gesproken over overname of vergroting van aandelen en hebben wij reeds enkele weken geleden medegedeeld aan relatie dat wij tot de conclusie komen dat wij voor 2019 geen nieuwe propertydekking kunnen aanbieden mede doordat men zelf op geen enkele wijze reageert. Wij zullen onze werkzaamheden voor deze relatiepolis derhalve staken. Polisdekking komt hiermede ook per 1-1-2019 te vervallen. Gelet op de hoge risicograad in combinatie met het punt dat relatie op geen enkele wijze medewerking vertoont de afgelopen anderhalf jaar gaan we er tevens vanuit dat dit voor jullie een ontwikkeling is die niet wenselijk is.”

Univé schrikt van opzeggingen

Pas als de ondertekende opzegging van de overige verzekeraars op de mat valt, komt Univé in actie. Het verzoekt Marsh om de dekking weer te herstellen en er wordt beterschap aangekondigd. De vertrekkende verzekeraars aangevuld met Chubb als nieuwe leidende verzekeraar geven daarop een voorlopige dekking af, op voorwaarde dat de mestvergister een nieuwe inspectie eind maart 2019 goed zou doorstaan.

Univé waarschuwt de kippenboer: “Nogmaals wil ik benadrukken dat het […] van groot belang is dat de inspectie goed wordt voorbereid, de stukken beschikbaar zijn en de orde en netheid (huishouding) echt op orde is, zoals omschreven in het rapport van HDI […]. Indien dit niet het geval is, dan lopen we het risico dat de verzekeraars hun aanbod en voorlopige dekking intrekken.”

Hard oordeel

Als de inspectie plaatsvindt, blijkt er weinig veranderd. De Chubb-inspecteur schrijft: “Het probleem is dat een branddekking niet haalbaar is o.b.v dit rapport, maar in feite de andere dekkingen ook niet. De kennis en mentaliteit bij verzekerde lijken simpelweg niet adequaat, waardoor bij vrijwel alle dekkingen een fors verhoogd risico van toepassing is.”

De ondernemer verliest per 11 april alle dekking. Twee maanden later breekt er brand uit, de schade bedraagt tenminste 2,8 miljoen euro. Omdat er geen verzekeringen zijn, stelt de kippenboer Univé en Marsh aansprakelijk.

Volgens de rechtbank in Rotterdam zijn Marsh en Univé gedeeld aansprakelijk voor 55 procent van de schade. Het vertrek van HDI, MS Amlin en Sompo Canopius was niet te voorkomen. Maar er was volgens de rechter geen enkele reden voor Marsh om ook de resterende contracten op te zeggen. Contracten die anders stilzwijgend verlengd zouden worden. Zeker nu Marsh wist dat het zeer moeilijk zou worden om vervangende verzekeraars te vinden.

'Geen zorgplicht, want geen overeenkomst'

Marsh betoogde bij de rechtbank nog dat zij geen overeenkomst hebben met de ondernemer en dus ook geen verplichtingen jegens hem. Daar was de rechter het niet mee eens. “Het staat buiten kijf dat de belangen van [vergister] zeer nauw bij de overeenkomst tussen Univé en Marsh zijn betrokken. Daarom was Marsh verplicht zich in haar handelen mede door de belangen van [vergister] te laten leiden en [vergister] mocht er ook op vertrouwen dat Marsh dat zou doen.”

Univé stond te laat op

Univé is volgens de rechter ook aansprakelijk. “Van Univé had verwacht mogen worden tijdig te reageren op en te protesteren tegen de aangekondigde opzegging van de resterende 55 procent verzekeringsdekking, dan wel dat zij, nadat zij met de opzegging bekend werd, er alles aan had gedaan om dit terug te draaien. Aangenomen moet worden dat als Univé dat protest wel had laten horen Marsh het voornemen tot opzegging niet zou hebben uitgevoerd dan wel Verzekeraars de opzegging ongedaan zouden hebben gemaakt als zij tijdig zouden zijn gewezen op de gebreken die aan de opzegging door Marsh kleefden.”

De tussenpersoon en de placing broker zijn beide even schuldig aan het ontbreken van de dekking. De schadevergoeding moet dus 50/50 gedeeld worden. Of Marsh en Univé in beroep gaan tegen de uitspraak, is niet bekend.