Hoe is jullie band?
“Dat is rollend, vechtend en knuffelend over straat”, zegt Krol lachend. “We delen veel business; we doen bijvoorbeeld samen de co-assurantiebusiness en een volmachtboek. Dat gaat over het algemeen in goede harmonie en met een mooie groei in de voorbije jaren. Het grote voordeel van elkaar goed kennen, is dat als er plooien zijn om glad te strijken dat je daarover in gesprek gaat en een oplossing vindt”, vertelt Arends.
Wat voor plooien kunnen dat zijn?
“Bijvoorbeeld wanneer we het op basis van resultaten nodig vinden om de premie van een bepaalde portefeuille te verhogen. Of we willen een bepaalde clausule op een specifieke propositie. Als Meijers dat vanuit zijn rol anders ziet, gaan we daarover in gesprek”, zegt Arends.
Krol: “Er is in de basis veel vertrouwen in de keten tussen Meijers en MS Amlin. MS Amlin is voor ons een van de topspelers in de portefeuille, dus heel belangrijk. Als het vertrouwen goed is, dan kun je samen met alle transparantie en een open vizier over uitdagingen praten.”
Meijers en MS Amlin werken al sinds jaar en dag samen. “Sinds Jaap Meijers 48 jaar geleden met Meijers is gestart, zijn we linksom of rechtsom betrokken geweest. In onze samenwerking hebben we elkaar laten groeien en zijn we verder ontwikkeld. We hebben verschillende typen business. Zo hebben sluiters en underwriters op individueel niveau hun banden. Het is people’s business, dat haal je niet zomaar uit elkaar. Wanneer je een discussie hebt, is het niet zo dat al het andere wat je met elkaar hebt op de helling komt te staan. De basis is heel sterk”, aldus Arends.
“Ieder tijdsbeeld gebeurt er wel wat. Nu zitten we in een harde markt waar onder meer verzekerbaarheid een probleem is en waarin de transitie naar verduurzaming en digitaler werken speelt. Het is belangrijk voor deze branche om op al die thema’s stappen te blijven zetten”, vervolgt Krol.
Hoe ga je samen om met (on)verzekerbaarheid?
“Een procesmatige aanpak is hierbij heel belangrijk. Onder meer door het protocol ‘Prolongatie 2022: uitgangspunten en begeleidende richtlijnen’ van het VNAB, Adfiz en het Verbond van Verzekeraars, is de bewustwording in de keten enorm gegroeid. Het is belangrijk om heldere afspraken te maken met elkaar. Wij doen bijvoorbeeld in de zomer onze analyses, na de zomer communiceren we naar onze businesspartners wat we qua renewal voor ons zien.
Het grootste deel van de portefeuilles kun je op die manier continueren, maar er blijft altijd 10 procent of minder waarover we nog in gesprek moeten. Dan is het vanuit de klant en makelaar van belang om de juiste informatie up-to-date te hebben, zodat eventuele open eindjes die voor ruis kunnen zorgen, worden weggewerkt. Het is niet zo dat je daarmee de onverzekerbaarheid oplost, maar je kunt het daarmee wel inkaderen”, vertelt Arends.
Volgens Krol heeft de verharding van de zakelijke markt ook positieve effecten gehad. “Het mooie van waar we nu zitten, in dat vierde jaar van de verharding van de markt, is dat er juist in de segmenten waar verzekerbaarheid een issue is een enorm bewustzijn voor verzekeringen is gecreëerd. We doen er weer toe bij die ondernemer, daar waar hij in het verleden niet zo bezig was met zijn verzekeringen. Je komt ergens binnen, er wordt naar je geluisterd.
Met name in die segmenten zie je dat er in de afgelopen drie jaar aanzienlijke prijsverhogingen hebben plaatsgevonden, waardoor een veel groter bewustzijn voor preventie is gecreëerd. Dat gaat ook weer leiden tot gezondere segmenten. Terwijl daar waar de concurrentie nog steeds hevig is, veel minder bewustzijn is.” Krol voorspelt dat het in de toekomst een uitdaging blijft, om zakelijk Nederland op duurzame wijze tegen cyber- en overstromingsschade te dekken.
We kunnen als markt proactiever zijn in de transitie van verduurzaming in het bedrijfsleven”
Hij vervolgt: “We kunnen als markt proactiever zijn in de transitie van verduurzaming in het bedrijfsleven. We willen naar net zero, naar co2-gezonde uitstoot; daar moeten bedrijven aan gaan bijdragen. De overheid gaat er steeds meer op drukken. We zijn nog te afwachtend in de sector om te kijken hoe we daarin kunnen mee-investeren. Er moeten triggers zijn om dat vliegwiel op gang te brengen. Dat zie je nu bijvoorbeeld met zonnepanelen ontstaan. Zonne-energie mag niet tot onverzekerbaarheid leiden in Nederland.”
“Het zijn vraagstukken die we als branche met elkaar moeten oplossen”, meent Arends. “Overstromingen en cybercrime zijn zaken die verzekeraars moeilijk kunnen modelleren. Als een grote softwareleverancier waar iedereen mee werkt morgen een probleem heeft, dan kan dat een olievlek zijn die niet te overzien is. Daarom ben ik het met Bastiaan eens dat we met dit soort zaken veel nadrukkelijker aan de slag moeten. Om zo aan de hand van concrete casussen met klanten in gesprek te kunnen gaan.”
De samenwerking tussen verzekeraars en intermediairs is niet altijd even goed geweest.
“Er zijn altijd wel dossiers die extra aandacht nodig hebben, maar het is een redelijk overzichtelijke markt waarin je de business met elkaar doet. Je kunt elkaar niet uitsluiten. Ik herken dat beeld dus eigenlijk niet en in de afgelopen twintig jaar heb ik het ook niet zo gezien”, reageert Arends.
Het vernieuwen van de polissen is altijd een spannende tijd en zorgt voor frictie, maar niet op de relatie”
Krol: “Ik ook niet. Er is een abrupte verharding in de markt gekomen die we als sector eigenlijk niet aankonden. Daardoor creëerden we enorme piekbelasting en werden klanten te laat bediend als het gaat om een polisvernieuwing. Dat kan beter en daarbij moeten we gebruikmaken van digitale mogelijkheden. Het vernieuwen van de polissen is altijd een spannende tijd en zorgt voor frictie, maar niet op de relatie.
Wat we wel zien is dat verzekeraars globaler worden. Het gaat steeds meer buiten de Nederlandse grens om. We zijn er in Nederland om de economie goed te ondersteunen met verzekerbaarheid en onze oplossingen. Steeds meer buitenlandse besturen hebben het voor het zeggen over risk appetite in Nederland of wat verzekerd wordt in heel Europa. Dat is een spannende ontwikkeling.”
Wat zijn andere uitdagingen om samen aan te vliegen?
Arends: “Co-assurantie gaat over relevantie, deze markt bestaat juist om bijzondere risico’s van klanten te verzekeren. Die rol moeten we waar blijven maken, maar de manier waarop we die business met elkaar doen, moet wel efficiënter. We passen verschillende clausules toe voor hetzelfde doel. Daardoor zien we bijvoorbeeld in het proces verschillende boekingsuitdagingen ontstaan.
Buitenlandse verzekeraars hebben de wens dat voor hun specifieke clausules naar lokaal worden gebracht, waardoor je op een polis vijf verschillende clausules voor hetzelfde doel kunt krijgen. Het zou goed zijn als we dat meer uniform kunnen maken. Anders worden de kosten voor co-assurantie te hoog. Dat is uiteindelijk niet goed voor de capaciteit in deze markt en daarmee voor de betaalbaarheid en verzekerbaarheid van bijzondere risico’s.”
“Ik denk dat Gielijn het goed verwoordt”, zegt Krol. “Op een aantal zaken kunnen we echt stappen zetten in de efficiëntie. Bijvoorbeeld op het administreren van premies en schades en op de aanvliegroute van clausulering. Je kunt er op tal van manieren naar kijken, waardoor er verschillende clausules ontstaan en verzekeraars hun clausule pushen terwijl er geen eenduidige definitie is van waar deze clausule op moet komen te staan.”
“We zijn hier binnen de VNAB nadrukkelijk mee bezig”, zegt Arends. “Naar aanleiding van de 2021-versie van de prolongatie-uitgangspunten en begeleidende richtlijnen is er in het eerste kwartaal van 2021 een analyse gemaakt van het verloop van de prolongatie. Door middel van interviews en ronde tafels hebben de VNAB-leden input geleverd dat resulteert in een programma Contract Zekerheid. Dit programma moet leiden tot zekerheid voor alle partijen in de keten over dekking, voorwaarden en premie, vastgelegd in een verzekeringsovereenkomst en op een vooraf vastgestelde datum”, besluit hij.