In 2009 beginnen drie accountants in opleiding een administratiekantoor. De bedoeling is om daar een accountskantoor van te maken, zodra een van de drie is afgestudeerd. De Rabobank wordt ingeschakeld als tussenpersoon. Die vindt Chartis (daarna AIG) bereid om het risico te dragen. Bij de aanvraag mailt de adviseur aan de verzekeraar: ‘Let op: geen dekking geven voor accountants.’
Wijziging bij afstuderen
Aan de drie startende ondernemers schrijft hij: “Na veel gezocht te hebben zijn we uiteindelijk bij AIG terechtgekomen. Zij willen het risico verzekeren, conform je wens om eerst de hoedanigheid administratiekantoor aan te houden en als een van jullie is afgestudeerd, de polis voort te zetten als accountantskantoor.”
Nieuwe naam: Accountants
Begin 2011 schrijft de klant aan de Rabobank dat er een naam- en adreswijziging doorgevoerd moet worden. De naamswijziging houdt in dat het woord ‘administrateurs’ vervangen wordt door ‘accountants.’ De tussenpersoon geeft de wijziging door aan AIG en vermeldt daarbij dat er mogelijk separaat een mutatieverzoek volgt voor de dekking.
Tuchtzaak om rapport in faillissement
Het mutatieverzoek komt er echter nooit. Het accountantskantoor raakt in de tussentijd wel verwikkeld in een zaak over een rapport van hun hand, waarvoor ze door de tuchtraad berispt worden. De klant stelt de accountant aansprakelijk voor de schade van ruim 400.000 euro. Maar AIG houdt de deur (volgens de rechter terecht) gesloten omdat het accountantswerkzaamheden betreft.
Geen actie ondernomen
Volgens de rechtbank in Rotterdam heeft Rabobank de zorgplicht verzaakt. De tussenpersoon wist van de voortzetting als accountantskantoor, maar ondernam nooit actie. Dat had hij wel moeten doen. Volgens de Rabobank draagt de accountant echter ook een deel eigen schuld. De polis controleren is ook een eigen verantwoordelijkheid en er had een belletje moeten rinkelen toen de premie nooit noemenswaardig veranderde.
De rechter is het daar niet mee eens. De ondernemers waren starters en schakelden juist een tussenpersoon in voor de verzekeringstechnische expertise. De zin waarin de adviseur schrijft dat AIG de polis wil voortzetten als accountantskantoor na afstuderen, suggereert bovendien dat het om een kleine wijziging gaat.
Heilbron controleerde portefeuille niet
In 2015 neemt Heilbron de portefeuille over waar ook deze beroepsaansprakelijkheidsverzekering in zit. In een brief schrijft de adviesketen aan de klant: “Per 01-4-2015 is de verzekering op ons agentschap gezet. Wij hebben deze polis gecontroleerd op eventuele onjuistheden. Mocht u desondanks toch nog onjuistheden opmerken, wilt u deze dan aan ons doorgeven?”
Wat de klant betreft heeft Heilbron de portefeuille onvoldoende gecontroleerd. Anders was opgevallen dat de verzekeringsnemer het woord ‘accountants’ in de naam had, terwijl de voorwaarden en premie niet met accountantswerkzaamheden overeenkomstig waren. De rechter is het daarmee eens en constateert in de basis dat ook Heilbron de zorgplicht geschonden heeft.
Beroepsfout niet onder nieuwe adviseur
Maar Heilbron geeft terecht aan dat het betwiste rapport van de accountant opgesteld werd in 2014. Voor zij de portefeuille overnamen. Er is dus geen causaal verband tussen de schade uit de beroepsfout en de zorgplichtschending van Heilbron. Alleen Rabobank is dus als eerste tussenpersoon aansprakelijk voor de eventuele schade.