Op 29 oktober moesten enkele personen bij de rechtbank in Dordrecht verschijnen op verdenking van verzekeringsfraude. Beide rechtszaken betroffen proefprocessen in het kader van een samenwerking tussen het Verbond van Verzekeraars, Zorgverzekeraars Nederland, de politie en het OM. Hierbij worden van verzekeringsfraude verdachten voor de rechter gebracht, zonder dat de politie onderzoek heeft gedaan of waarbij de rol van de politie beperkt is. Het feitelijke fraudeonderzoek is uitgevoerd door de verzekeraar.
Opsporingsonderzoek
De rechtbank oordeelde dat geen opsporingsonderzoek is gedaan in de zin van de wet. Hierin is vastgelegd wie in opdracht van het OM onderzoek mogen verrichten. Omdat verzekeraars en functionarissen van verzekeraars daar niet in staan, kan van opsporingsonderzoek geen sprake zijn geweest. De zaken tegen de mannen konden om die reden ook niet inhoudelijk worden behandeld.
Grenzen strafrecht
De officieren van justitie, Petra Willemse en Thomas Slieker, die bij de zaak betrokken waren gaven kort na de zittingen al aan langs de grenzen van het strafrecht te zijn gegaan. “In de visie van het OM klopt het opsporingsonderzoek, maar het is altijd de vraag hoe de rechter er tegenaan kijkt. Het kan zijn dat het hof er weer anders over denkt”, aldus Slieker. Dat laatste is de reden dat het OM nu de zaken aan het gerechtshof voorlegt.