Nederland eindigde in 2018 ook al bovenaan in de jaarlijkse Global Pensions Index van pensioenadviesbureau Mercer. Het jaar daarvoor viel die eer te beurt aan Denemarken, nu de nummer twee. In de ranglijst zijn Nederland en Denemarken de enige twee landen die de hoogste waardering scoren voor de mate van financiële stabiliteit die het stelsel biedt na pensionering.

Schulden

Het Nederlandse stelsel scoort hoog op het gebied toereikendheid, duurzaamheid en integriteit. Ruimte voor verbetering is er op het vlak van de schulden van huishoudens, die relatief hoog zijn. Ook in Denemarken hebben huishoudens relatief veel schulden. In beide landen vormen hypotheekschulden de hoofdmoot. Dat noemt pensioenexpert Marc Heemskerk van Mercer opvallend. “Goed gevulde pensioenpotten brengen klaarblijkelijk meer vertrouwen om schulden aan te gaan.”

Rekenrentediscussie

Volgens Heemskerk plaatst de ranglijst de huidige discussie over rekenrente en pensioenkortingen in perspectief. “We zijn met elkaar kritisch, en dat is ook goed want alleen dan kun je de kwaliteit blijven borgen. Maar soms is het goed om door dit soort onderzoeken te beseffen dat we het wereldwijd gezien erg goed voor elkaar hebben.”

Mercer onderzoekt in de Global Pensions Index de pensioenstelsels van 37 landen die gezamenlijk goed zijn voor bijna twee derde van de wereldbevolking. Daarbij wordt onder andere gekeken of de deelnemers er beter van worden, of het stelsel houdbaar is en of er vertrouwen in het systeem is. Australië is de nummer drie in de lijst, gevolgd door de Scandinavische landen Finland, Zweden en Noorwegen.