De toezichthouder heeft een eindrapportage opgesteld die door Financiën aan de Tweede Kamer is gestuurd. Met de afronding komt er een einde aan een jarenlang slepende procedure rondom rentederivaten die door zes banken (ABN Amro, Deutsche Bank, ING, Rabobank, Van Lanschot en SNS Bank) aan mkb'ers zijn verkocht, nog voor de kredietcrisis. Ze dekten zich daarmee in tegen rentestijgingen, maar zagen vervolgens dat de producten een negatieve waarde kregen toen de rente maar bleef dalen. Tegen dalingen boden de producten geen bescherming. En daar hadden de banken niet of onvoldoende voor gewaarschuwd.
Nog 100 rechtszaken
Uiteindelijk heeft 94% van de bijna 19.000 mkb’ers het aanbod geaccepteerd. Een groot deel van de totale compensatie was begin 2019 al uitgekeerd in de vorm van voorschotten. Alle betrokken mkb-ondernemers hebben daarna een definitief aanbod ontvangen, dat bij acceptatie inmiddels is uitbetaald. Ook de controle door de externe dossierbehandelaars is afgerond. Ruim 4% van de betrokken ondernemers reageerde niet op het aanbod omdat de compensatie op nul uitkwam of er sprake was van faillissement. Ongeveer 2% heeft het aanbod geweigerd, waarvan ongeveer 100 ondernemers compensatie via de rechter proberen af te dwingen. Ook liggen er nog ongeveer 40 verzoeken voor bindend advies, die naar verwachting dit jaar worden behandeld.
Gelijktijdig met de zevende en laatste rapportage publiceert de AFM een terugblik op het langlopende compensatietraject. Daarin stelt de toezichthouder dat het proces aanleiding is om het toezicht op complexe producten aan te scherpen.