“De kans dat op korte termijn een scheiding plaatsvindt, is groter dan dat op korte termijn een van beide partners overlijdt”, zegt Munt-directeur Ellen Hensbergen. “Consumenten lijken daar echter niet op voorbereid. Slechts 1 op de 5 mensen houdt bij het afsluiten van een hypotheek rekening met een scheiding, terwijl meer dan de helft overlijden laat meewegen. Dat vind ik vrij schokkend.”
Overlijden
Die discrepantie valt ook NHG-bestuurder Carla Muters op. “Wij zien dat ongeveer zestig procent van de mensen die een beroep doen op NHG in de financiële problemen zijn gekomen vanwege een scheiding. Overlijden speelt in minder dan zeven procent van de gevallen een rol.”
Nazorg
Muters verwacht meer aanwezigheid van adviseurs in de nazorg als een hypotheek eenmaal is gesloten. “Niemand kan immers in de toekomst krijgen en vervelende gebeurtenissen zoals een scheiding, onvrijwillige werkloosheid of het overlijden van een partner voorspellen. Als zoiets gebeurt, dan is het fijn om goed geadviseerd te worden en een vangnet te hebben.” Volgens Hensbergen neemt Munt daar al steeds meer verantwoordelijkheid in. “Woningbehoud staat daarbij voorop.”
Uitkopen
Uit het onderzoek blijkt overigens ook dat vrouwen na de scheiding vaker op zoek moeten naar andere woonruimte dan mannen. Ongeveer 49 procent van de mannen koopt de ex-partner uit, tegenover 24 procent van de vrouwen. Vrouwen maken zich bij een scheiding ook vaker zorgen over de woning. Voor 39 procent van de vrouwen is het huis het eerste waar ze zich mee bezig houden. Bij mannen is dat 23 procent.