Van de woningen die tussen 2014 en 2016 zijn ontstaan uit kantoren of ‘maatschappelijk vastgoed’ was ruim de helft kleiner dan 50 vierkante meter. Twintig procent had een oppervlakte tussen de 50 en 75 m2. In 90 procent van de gevallen worden de nieuwe woningen verhuurd. Woningcorporaties hebben ongeveer 8 procent in handen, de rest is eigendom van andersoortige verhuurders. De resterende 10 procent is verkocht.
Studenten
Driekwart van de huizen heeft een WOZ-waarde van minder dan 150.000 euro. Volgens het CBS worden ze voornamelijk bewoond door jonge eenpersoonshuishoudens met een laag inkomen. “Een aanzienlijk deel zijn studenten.” Het grootste aanbod getransformeerd vastgoed is te vinden in Zuid-Holland. Eén op de vijf omgebouwde woningen staat in deze provincie, uitschieters zijn Den Haag en Delft.
