Adviseurs die provisie ontvangen over de (schade)verzekeringen waarin zij bemiddelen én daarnaast een directe vergoeding krijgen van de klant, bijvoorbeeld voor een serviceabonnement, moeten ook over de klantvergoeding assurantiebelasting gaan afdragen. Dat zou al per 1 juli van dit jaar worden ingevoerd, maar is later opgeschoven naar 1 januari 2021. Na tussenkomst van Adfiz heeft de fiscus nu opnieuw tot uitstel besloten: de ingangsdatum wordt 1 januari 2022.
Meer tijd nodig
"Nadat het voornemen van de Belastingdienst bekend werd, hebben we er vanuit Adfiz voor gepleit om deze datum uit te stellen. We hebben aangegeven dat adviseurs de tijd moeten krijgen om eventuele aanpassingen door te voeren en de communicatie met klanten vorm te geven", aldus de intermediairvereniging. "Aan dit verzoek heeft de Belastingdienst gehoor gegeven door de wijzigingsdatum te verplaatsen naar 1 januari 2022. Berichten waarin wordt gesteld dat de wijziging al per 1 januari 2021 wordt doorgevoerd zijn onjuist. De Belastingdienst zal de datum van 1 januari 2022 binnenkort publiceren op haar site."
Geen plicht bij vrijgestelde verzekeringen
Bureau DFO belichtte de wijziging onlangs al: assurantiebelasting moet worden berekend over de premie, alsmede over de vergoeding voor met de verzekering samenhangende diensten, staat in de wet. Het gaat niet op voor verzekeringen die zijn vrijgesteld van assurantiebelasting, zoals levensverzekeringen, aov's en ziektekostenverzekeringen.
In strijd met de wet
Sinds de invoering van het provisieverbod voor complexe producten gold dat geen assurantiebelasting hoefde te worden gerekend als voor een schadeverzekering al (de volledige) provisie werd ontvangen. Maar dat bleek in strijd met de Wet belastingen van rechtsverkeer, ontdekte de Belastingdienst. "Nu de verplichting er komt, leidt dat in principe tot de verplichting om een aanstelling voor de assurantiebelasting aan te vragen bij de Belastingdienst", aldus Bureau DFO.