Adviseur verzekert koopsom in plaats van waarde inventaris: zorgplichtschending

Adviseur verzekert koopsom in plaats van waarde inventaris: zorgplichtschending

Een advieskantoor moet ruim 22.000 euro betalen aan de eigenaar van een afgebrand restaurant. De zorgplicht is geschonden doordat de inventaris en inboedel niet op basis van de werkelijke waarde waren verzekerd, oordeelt de rechter.

Een horecaonderneming vraagt een adviseur in maart 2015 om verzekeringen te regelen voor een nieuw te openen restaurant. De adviseur neemt een kijkje ter plaatse en noteert onder meer dat personeel nieuw is aangenomen en dat een gedeelte van het meubilair bij De Goudse is verzekerd op een polis van Proeverij De Bank, een andere horecazaak. Uiteindelijk wordt het restaurant ook bij De Goudse ondergebracht, waarbij 15.000 euro aan goederen is verzekerd. De polis biedt dekking voor bedrijfsschade, inventaris/goederen en aansprakelijkheid.

In augustus breekt er brand uit: het pand, de inventaris en de goederen gaan volledig verloren. Expert Dekra stelt de bedrijfsschade vast op 89.425 euro en dat bedrag is uitgekeerd. De inventaris en goederen zijn onderverzekerd, stelt De Goudse vast, waardoor een schadebedrag van ruim 23.000 euro niet is vergoed.

Claim bedrijfsschade en overdekking afgewezen

De onderneming stelt de adviseur aansprakelijk voor de onderverzekering en stelt voor de rechter dat de zorgplicht is geschonden doordat bedrijfsschade te laag is verzekerd. Die claim wijst de rechtbank echter af.

De restauranthouder wil aanspraak maken op overdekking: er kan volgens de polisvoorwaarden tot 50 procent extra worden uitgekeerd als de brutowinst op juiste wijze is opgegeven, waarbij bij nieuwe ondernemingen een ondernemingsplan moet worden overgelegd. Maar dat laatste wist de ondernemer niet. De adviseur stelt wel naar het ondernemingsplan te hebben gevraagd, maar dat plan was er helemaal niet.

Zeker is, zo concludeert de rechter, dat de restauranthouder recht had op vergoeding van maximaal tweemaal het verzekerd bedrag. En daarom valt niet in te zien waarom de ondernemer dan schade zou hebben geleden als gevolg van het missen van de overdekking van 150 procent van het verzekerde bedrag.

In dat verband brengt de restauranthouder naar voren dat hij via de nieuwe adviseur Rivez alsnog de aanvullende uitkering heeft ontvangen op grond van die 200 procent-regeling. Daarin is de adviseur dus nalatig geweest, is het betoog. Die vordering wordt echter afgewezen omdat de verzekerde geen schade heeft geleden.

Gesprek niet vastgelegd

De adviseur is tekortgeschoten door bij het bepalen van het verzekerde bedrag voor inventaris en goederen ten onrechte uit te gaan van de koopprijs in plaats van de waarde, is de volgende claim van de restauranthouder. En die vindt wel gehoor. De rechtbank stelt vast dat de adviseur alleen heeft gevraagd naar de koopprijs van inventaris en goederen en die was 100.000 euro, betaald op een veiling.

Desgevraagd kan de adviseur namelijk niet meer precies aangeven wat er is besproken. Daarmee kan het advieskantoor de stelling van de verzekerde niet gemotiveerd weerleggen. "De rechtbank gaat er daarom vanuit dat het is gegaan zoals [de verzekerde] stelt, namelijk dat [het advieskantoor] geen informatie heeft gegeven hoe het verzekerd bedrag moet worden vastgesteld en niet heeft gevraagd wat de waarde van de inventaris en goederen was."

Daarom is het kantoor tekortgeschoten in de zorgplicht: het moet de schade door onderverzekering betalen. Daar gaat nog wel 678,33 euro vanaf omdat De Goudse dat bedrag te weinig heeft uitgekeerd. En op dat moment had de verzekerde al een andere adviseur ingeschakeld. Blijft over een vergoeding van 22.441,11 euro plus wettelijke rente.

Rob van de Laar

Rob van de Laar

redacteur AM

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.