5 vragen aan Eric Uijen (PME): 'Moment van invaren op 1 januari 2026 is spannend'

5 vragen aan Eric Uijen (PME): 'Moment van invaren op 1 januari 2026 is spannend'
Foto: Photo Republic / Marco De Swart

PME beheert de pensioenen van ruim zeshonderdduizend (oud-) werknemers in de metaal- en tech-industrie. Het pensioenfonds wil op 1 januari invaren naar het nieuwe pensioenstelsel. Maar dat is volgens voorzitter van het uitvoerend bestuur Eric Uijen nog wel een "spannend moment."

Wat staat er met de Wtp op stapel?
Uijen: “Ik kan daar, als ik zou willen, drie dagen over praten. Maar dit is de essentie: de Wtp is op 1 juli 2023 ingegaan, maar we werken al jarenlang aan de voorbereiding daarop. De grootste verandering in het nieuwe stelsel is dat iedere deelnemer in feite een persoonlijke pensioenpot krijgt. Het doel is dat pensioenen straks makkelijker kunnen meegroeien met de economie, omdat we minder collectieve buffers hoeven aan te houden. We willen op 1 januari 2026 overstappen en de bestaande pensioenen omzetten naar de nieuwe regeling. 'Invaren', zoals dat heet."

"Die overgang doen we samen met onze uitvoerder TKP en onze vermogensbeheerder MN. Die invoering heeft onze hoogste prioriteit. Dat betekent veel werk aan de uitvoeringskant, maar ook aan het informeren van onze deelnemers en gepensioneerden. Immers, als je gepensioneerd bent wil je weten of je pensioen omhoog- of omlaaggaat of gelijk blijft. Als je deelnemer bent, krijg je nog meer inzicht in je eigen pensioenpot. Je ziet dan in sommige gevallen een bedrag dat meer kan zijn dan de waarde van je huis.”

Je gaf aan dat het moment van invaren spannend kan zijn. Waarom?
“Op het moment dat we invaren, is de stand van de dekkingsgraad van belang. De koersen op beurzen schommelen en dat heeft invloed op onze financiële positie. Het zou heel vervelend zijn als we op het moment van overstappen een grote gebeurtenis in de wereld meemaken, zoals de oorlog in Oekraïne of de coronacrisis. Dat heeft een negatieve impact op onze dekkingsgraad en dus op de persoonlijke pensioenpot van deelnemers. In die zin is dat moment spannend. Financiële markten kunnen onrustig zijn."

"Echter, we staan er nu met onze dekkingsgraad goed voor. We kunnen een stootje hebben. En we proberen zoveel mogelijk een eventuele schok op de financiële markten op te vangen. Daar hebben we beleggingsinstrumenten voor en daar hebben we ook een buffer voor aangelegd.”

Hoe zijn de pensioenen in de metaal- en tech-industrie überhaupt vormgegeven?
“Als je naar onze bedrijfstak, de metaal- en tech-industrie, kijkt dan is het overgrote deel van de ondernemingen aangesloten bij ons. Maar een klein deel heeft een eigen regeling bij een verzekeraar of zit bij een OPF (ondernemingspensioenfonds, red.). Die laatste zijn aan het overdenken of ze nog bestaansrecht hebben en veel zijn al naar ons overgestapt. Met de OPF’s hebben we jaarlijks contact en in deze periode nog iets meer. Waarbij wij altijd eerst uitleggen dat we geen commerciële organisatie zijn. Ze zijn welkom, maar het gaat ons om het belang van de deelnemers. Kijk als werkgever naar je eigen positie, naar jouw werknemers en maak dan de beste keuze."

Het meenemen van duurzaamheidsoverwegingen in de uitvoering van het beleggingsbeleid is niet activistisch of ideëel. Het is juist heel realistisch. Het gaat om het managen van risico’s en is dus onze core business”

"Dat wij ervan overtuigd zijn dat we iets goed aanbieden, moge duidelijk zijn. Maar het oordeel ligt bij die werkgever en diens pensioenadviseur. Dat geldt eigenlijk ook voor de overstap van een verzekerde regeling naar ons. Kortom: ik zou tegen pensioenadviseurs en -consultants willen zeggen: neem ons mee in jullie overweging. Daar zitten voordelen aan. Bij ons zijn de resultaten over het algemeen bijvoorbeeld flink beter.”

Jullie werken met beleggingscohorten. Hoe zit dat?
“Alle deelnemers krijgen een persoonlijke pensioenpot, maar we beleggen wel als één groot collectief. Echter, het uitdelen van rendement en bijbehorend risico doen we leeftijdsafhankelijk. Dat zijn die cohorten. Kort gezegd loop je als jongere meer risico, met een grotere kans op een hoger rendement. Naarmate je de pensioendatum nadert, bouwen we het risico af. Dus hoe dichter je bij je pensioen bent, hoe meer zekerheid over je uitkering krijgt."

"Dat moeten we aan onze deelnemers natuurlijk goed uitleggen, net als alle andere veranderingen. En dat doen we niet alleen online of per brief. We doen het ook persoonlijk, tijdens pensioenpresentaties in theaters in het land en via onze pensioenconsulenten, die naar bedrijven toegaan. Deze aanpak en toelichting op ons beleggingsbeleid wordt door deelnemers enorm gewaardeerd. Sommige mensen willen nog weleens ons beleggingsresultaat vergelijken met een beleggingscategorie die het op dat moment goed doet. Van bitcoins tot een individueel aandeel. Dan leggen we uit dat we de risico’s en het rendement altijd zorgvuldig afwegen én beleggen met oog voor de écht lange termijn. Dat is wat anders dan speculeren op een categorie die op dat moment populair is.”

Onlangs stemde de Tweede Kamer in met een motie om het beleggingsrendement op één te zetten. Vervolgens mocht je bij RTL-Z en Nieuwsuur uitleggen hoe het daadwerkelijk zat.
“Ja klopt. In die motie werd te makkelijk gesteld dat verantwoord beleggen en rendement elkaar bijten. Terwijl ze, zeker gezien de lange termijnen waar we als pensioenfonds mee rekenen, juist hand in hand gaan. Uit diverse onderzoeken blijkt ook dat je met duurzaam beleggen juist minder risico’s loopt en gewoon een goed rendement kunt behalen."

"Je mijdt bijvoorbeeld beleggingsobjecten die op termijn geen waarde meer hebben omdat ze niet-duurzaam zijn. Denk aan kolen. Dat noemen we stranded assets. Het meenemen van duurzaamheidsoverwegingen in de uitvoering van het beleggingsbeleid is dan ook niet activistisch of ideëel. Het is juist heel realistisch. Het gaat om het managen van risico’s en is dus onze core business.”

Ronald Bruins

Ronald Bruins

is redacteur AM

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.