Het proces bij Allianz verloopt slordig. In juni 2019 stuurt de verzekeraar de schaderegelaar van tegenpartij Euro Insurances een aansprakelijkstelling. Zij wijzen de aansprakelijkheid af. In later e-mailcontact bevestigt een Allianz-medewerker dat de aansprakelijkheid nog niet vaststaat, en dat de verzekeraar de processen-verbaal van de politie afwacht. Nog voor dat die rapporten binnen zijn, stuurt Allianz op 14 januari 2020 plotseling dat het de aansprakelijkheid erkent.
Ruim een jaar later, eind januari 2021, zijn alle stukken wel binnen en stuurt Allianz opnieuw een erkenning van aansprakelijkheid aan de schaderegelaar. Allianz handelde ook naar die erkenning. De tegenpartij kreeg excuses van de verzekeraar dat hij ten onrechte was aangezien voor de veroorzaker van het ongeval.
Nieuw rapport met nieuwe conclusies
In oktober 2021 ontvangt Allianz een rapport van Ongevallen Analyse Nederland (OAN). Daar komt een ander beeld uit naar voren. Allianz laat daarop aan de schaderegelaar weten dat het de eerder erkende aansprakelijkheid weer intrekt.
De rechtbank in Rotterdam zet daar een streep door. Van een overduidelijke vergissing was geen sprake; Allianz erkende twee keer aansprakelijkheid, liet daar geruime tijd overheen gaan en handelde ook naar die beoordeling. Volgens de rechter is er één andere reden waarop een verzekeraar mag terugkomen op een erkenning van aansprakelijkheid en dat is bedrog. Maar ook daarvan in deze zaak geen sprake.
Geen onredelijke situatie
De rechtbank stelt overigens dat ook met de nieuwe informatie niet vaststaat dat Allianz’ verzekerde in het geheel niet aansprakelijk is. Maar: “zelfs als er inmiddels een andere feitelijke toedracht van het ongeval zou vast staan dan de toedracht die ten grondslag lag aan de erkenningen dan is dit op zichzelf onvoldoende reden om Allianz toe te staan om terug te komen op erkenning van die aansprakelijkheid”, aldus de rechter in het vonnis.