Vermeer was een van de vijf panelleden op de bijeenkomst in Nieuwegein over de verplichte AOV voor zzp'ers. Onder leiding van adviseur en Radi-AOV-bestuurslid Ruud Houtzager ging hij in gesprek met UWV-beleidsmedewerker Peter Loozen, Margreet Drijvers (Platform Zelfstandige Ondernemers), Cosmas Blaauw van online platform SharePeople, waar zzp’ers onder meer AOV-risico’s delen, en Maudie Derks van Acture, uitvoeringsorganisatie op het terrein van sociale zekerheid.
Vermeer zelf zzp'er
Zij lieten allen hun licht schijnen over de verschillende scenario's voor de verplichte AOV die als uitvloeisel van het pensioenakkoord in het leven is geroepen. Vermeer was degene die alle meningen opzoog om een goed beeld te krijgen wat leeft. De ambtelijk secretaris van BoerBurgerBeweging was zelf zzp’er. Hij stak niet onder stoelen of banken geen positieve ervaringen te hebben met de AOV. Hij lijdt aan een chronische longaandoening en kreeg te horen dat de premie voor een reguliere arbeidsongeschiktheidsverzekering in zijn geval nogal hoog zou uitvallen: in plaats van 350 euro per maand moest het dubbele worden neergeteld, én kreeg hij diverse uitsluitingen. “Als mij iets overkomt, moet je maar hard wegrennen”, gaf hij zijn vrouw ooit als advies voor het geval hij niet meer de kost zou kunnen verdienen.
Basis-AOV in 2025 een feit
Het is de bedoeling dat de basis-AOV voor zzp’ers een feit is met ingang van 2025. De verzekering wordt publiek ingericht. Onderwerp van onderzoek is of er een opt-out moet komen voor zelfstandigen die al een AOV hebben afgesloten bij een verzekeraar. Een acceptatieplicht en een wachttijd van een jaar zijn gekoppeld aan de verzekering. De uitkering bedraagt 70 procent van het laatstverdiende inkomen en komt nooit hoger uit dat het wettelijk minimumloon. “Net voldoende om niet dood te gaan, maar te weinig om van te leven”, vindt Vermeer van de regeling zoals die er nu in de basis ligt.
Nog veel onduidelijk over verplichte AOV
Er is veel onduidelijk hoe de verplichte AOV er uiteindelijk uit komt te zien, alsook over de uitvoering ervan. “Arbodiensten en UWV zijn niet ingericht op ondernemers”, zei Cosmas Blaauw daarover. Het UWV heeft nu al te maken met forse keuringsachterstanden. Een wachttijd van een jaar betekent volgens UWV'er Peter Loozen dat er nog meer mensen nodig zijn dan wanneer de verplichte AOV een wachttijd van twee jaar krijgt. Eén jaar wachttijd is volgens hem “een mismatch op beoordelen. Dit gaat niet samen.”
Meer inspelen op diversiteit zelfstandigen
Margreet Drijvers van PZO is kritisch over het plan dat er nu ligt voor de wet. Dit is niet in lijn met het advies van de Stichting van de Arbeid, dat meer op de diversiteit van de zelfstandigen wil inspelen door keuzevrijheid te bieden in bijvoorbeeld wachttijd van 26 weken, 1 jaar of 2 jaar. “De charme van het voorstel - keuzevrijheid van zelfstandigen - gaat verloren.” Maudie Derks citeert uit een onderzoek van Knab om te onderstrepen dat wat het idee nu is, niet in lijn is met wat zzp’ers willen. “Zelfstandigen wachten liever niet langer dan zes weken op een uitkering.”
Vast dienstverband versus zzp
Vermeer is zeer kritisch op het overheidsbeleid dat volgens hem elkaar tegenwerkt op diverse fronten. Enerzijds er alles aan doen dat zoveel mogelijk mensen een vast dienstverband krijgen en anderzijds kiezen voor kortlopende budgetten, waardoor organisaties noodgedwongen met zzp’ers moeten werken om niet in de problemen te komen.
Basisregeling voor iedere werkende
Een basisregeling voor iedereen doet in zijn optiek meer recht aan de hedendaagse arbeidsmarkt. Ook Derks is voorstander van een dergelijke regeling, die stapsgewijs ingericht zou kunnen worden. “Te beginnen bij de 1,2 miljoen freelancers die nu niets verplicht afdragen. Dan is de uitvoerbaarheid geen bottleneck.“
Zij en enkele anderen roepen AOV-adviseurs op om de ontwikkelingen onder de aandacht te brengen van de doelgroep; ongeacht of de verplichte regeling er uiteindelijk al dan niet komt. “Wacht niet op de overheid”, zegt Blaauw. “Want we hebben al een probleem. Tussenpersonen, speel daar op in!”