ICT-blunder met levenpolis kost ASR 250.000 euro

ICT-blunder met levenpolis kost ASR 250.000 euro

ASR is flink de fout ingegaan met een levensverzekering. Pas na twintig jaar kwam de verzekeraar erachter dat het verzekerde bedrag op een polis niet 550.300 gulden was, maar slechts 5.000 gulden. De verzekeraar moet toch omgerekend net geen 250.000 euro uitkeren.

Een inmiddels overleden man had in 1968 een levensverzekering afgesloten op het leven van zijn zoon. Op de polisbladen van 1997, 2000 en 2001 is telkens het hoge bedrag als verzekerd kapitaal vermeld en in 2018 en 2019 heeft ASR een fiscale waarde van de polis opgegeven die niet met de werkelijkheid strookt, namelijk 139.590 euro over 2017 en 144.335 euro over het jaar 2018.

Fout bedrag als onderpand

In 2000 zijn op verzoek de rechten uit de verzekering van de man op zijn zoon overgegaan. Een jaar later hebben de zoon en zijn echtgenote een aflossingsvrije hypotheek afgesloten met de polis en het hoge bedrag als onderpand. Deze ING-hypotheek van 220.000 euro moet hij in 2038 terugbetalen. Dat is een probleem, omdat de polis met - naar nu blijkt- een eindkapitaal van 2.531 euro dat bedrag bij lange na niet dekt.

Pas op 17 september 2018 laat ASR weten dat bij poliscontrole is gebleken dat het hoge bedrag door een fout met een geautomatiseerd systeem op de polis niet juist is en zij heeft hem een nieuwe polis gestuurd met een verzekerd kapitaal van 2.531 euro. De zoon staat er echter op dat ASR zich houdt aan de tot 17 september 2018 geldende polis. Daarnaast wil hij dat ASR de fout erkent en gemaakte schade vergoedt.

Omgeven met onzekerheid

Na een tussenvonnis heeft de rechter geoordeeld dat ASR geen schade hoeft te vergoeden. De vader had de vergissing moeten constateren en om opheldering moeten vragen. De schade van de zoon is dus niet de schuld van ASR, maar van de vader. Wat de verzekeraar echter niet kan bewijzen, is dat de zoon van de fout wist.

Het probleem in deze zaak is volgens de rechter dat het bewijs is omgeven met onzekerheid. Wat de zoon wist en dacht, is niet vast te stellen en zijn vader kan niet meer verklaren. Er zijn meerdere aanwijzingen die het standpunt van de zoon zouden ondersteunen dat hij daadwerkelijk heeft vertrouwd op de juistheid van de polis met het hoge bedrag.

Polis is geen bierviltje

De rechtbank benadrukt vervolgens dat het niet ging om de achterkant van een ‘bierviltje’ maar om een polis. Daarnaast had de zoon al sinds 2001 geen contact meer met zijn vader. “Het is dus heel goed mogelijk dat zijn vader hem nooit iets over de juiste waarde van de polis heeft verteld.”

ASR moet zich alsnog houden aan de polis zoals deze tot 17 september 2018 heeft bestaan. Concreet betekent dit dat ASR op 1 mei 2033 bijna 250.000 euro moet betalen aan de zoon. Wanneer hij eerder overlijdt moet dit eerder worden opgehoest. Daarnaast moet de verzekeraar de proceskosten van ruim 10.000 euro betalen.

Alexandra Meijer

Alexandra Meijer

Redacteur AM

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.