Dat concludeert Van Bruggen Adviesgroep, die de statistieken rondom hypotheken nauwgezet volgt. Het aandeel aflossingsvrije hypotheken is volgens de adviesketen geslonken van 45 procent in februari naar 31 procent in augustus. Hiermee is een einde gekomen aan de periode dat het aandeel van aflossingsvrij stijgt. Voor een nieuw afgesloten aflossingsvrije hypotheek geldt dat de hypotheekrente niet aftrekbaar is.

Weinig verschil in nettohypotheeklast

“Dat was voor menigeen niet zo’n probleem omdat de rente heel laag stond, maar bij de hogere rente van nu loop je veel hypotheekrenteaftrek mis”, aldus Van Bruggen Adviesgroep, die aangeeft dat er nu nog amper verschilt is in nettohypotheeklast tussen een aflossingsvrije- en annuïteitenhypotheek

Vijftigplusser gebruikt overgangsregeling

Wie een hypotheek heeft afgesloten voor 1 januari 2013 - dat relatief vaak vijftigplussers - kan gebruikmaken van een overgangsregeling. Dat betekent dat voor het deel van de hypotheek waar op 31 december 2012 hypotheekrenteaftrek gold die aftrek is blijven bestaan en ook meegenomen mag worden als de hypotheek wordt overgesloten of wanneer sprake is van aankoop van een ander huis.

Hypotheek ook gebruikt voor ander doel

Van Bruggen ziet ook dat vijftigplussers vaker een hypothecaire lening afsluiten voor een ander doel dan aankoop of verbouwing van een woning. Dan is het vaak voordeliger om voor een aflossingsvrije hypotheek te kiezen dan voor een annuïteitenhypotheek. De overwaarde is eveneens reden voor de oudere leeftijdsgroep om voor een aflossingsvrije hypotheek te gaan. “Met het vorderen van de leeftijd is de overwaarde steeds groter is. Een grote groep vijftigplussers kiest daarom liever voor de lage maandlast van de aflossingsvrije hypotheek omdat ze niet zo nodig nog extra overwaarde hoeven op te bouwen in de hypotheek.