Kabinet beperkt bezwaarrechten deelnemers in pensioentransitie

Kabinet beperkt bezwaarrechten deelnemers in pensioentransitie
Carola Schouten

Het kabinet heeft met een aanpassing van de Algemene wet bestuursrecht een stokje gestoken voor eventuele bezwaren die individuele pensioendeelnemers kunnen inbrengen tegen collectieve waardeoverdrachten of overbruggingsplannen bij de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel.

Aanleiding daarvoor is het oordeel van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) eind vorig jaar dat individuele polishouders als belanghebbende kunnen worden aangemerkt bij de overdracht van (in dit geval) de verzekeringsportefeuille van Optas naar Aegon. Die uitspraak leidde ertoe dat DNB opnieuw de bezwaren van de pensioenverzekerden tegen de portefeuilleoverdracht onder de loep moet nemen.

Aanpassing Awb 

Het kabinet vroeg zich daarna af of individuele deelnemers ook dwars kunnen gaan liggen bij de overgang naar de nieuwe pensioenwet, bijvoorbeeld omdat die overgang in hun situatie nadelig uitpakt: "Na advies te hebben ingewonnen van de landsadvocaat mag aangenomen worden dat individuele deelnemers, gelet op de uitspraak van het CBb, ook als belanghebbenden kunnen worden aangemerkt bij besluiten die DNB in het kader van de transitie kan nemen: het al of niet opleggen van een verbod om over te gaan tot een collectieve waardeoverdracht (invaren) en het al of niet instemmen met een overbruggingsplan", schrijft minister Schouten (Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen) in de toelichting bij de recente nota van wijziging van de Pensioenwet. Om individuele bezwaren te omzeilen, is bijlage 2 bij de Algemene wet bestuursrecht (Awb) aangepast. Daarin is nu bepaald dat alleen het pensioenfonds bij DNB in bezwaar en beroep kan gaan tegen een besluit over invaren of overbruggingsplan.

Memorie van toelichting niet genoeg

De landsadvocaat schreef in zijn brief dat het louter in een memorie van toelichting opnemen van de restrictie niet voldoende is om individuele bezwaren tegen te gaan. Maar dat is wel de inzet van het kabinet. De Wet toekomst pensioenen voorziet in de mogelijkheid om pensioenrechten opgebouwd onder het oude systeem om te zetten naar aanspraken en rechten onder het nieuwe systeem, oftewel in te varen. "Bij deze collectieve waardeoverdracht geldt geen individueel recht om bezwaar te maken tegen de omzetting van het pensioen. Daarvoor in de plaats komen collectieve waarborgen waardoor de evenwichtigheid van het invaren zal worden gewogen en beoordeeld."

Weg naar civiele rechter blijft open

Een individu heeft wel mogelijkheden om de omzetting van zijn pensioen ter discussie te stellen, aldus Schouten. "Er geldt de mogelijkheid om de interne klachtenprocedure bij het pensioenfonds te doorlopen en daarna een klacht voor te leggen aan de externe geschilleninstantie. Daarnaast blijft uiteraard ook de mogelijkheid bestaan om naar de civiele rechter te gaan."

DNB toetst collectief

DNB kan een waardeoverdracht al dan niet verbieden. Tegen het besluit van de toezichthouder tot (collectieve) waardeoverdracht is nu geen individueel bezwaar meer mogelijk bij de bestuursrechter. "De regering is van mening dat de mogelijkheid voor een individuele deelnemer om bezwaar te maken tegen het besluit van DNB om (g)een verbod op te leggen niet is beoogd en ook niet in lijn met het voorstel van Wet toekomst pensioenen is. Zoals hierboven is beschreven toetst DNB de waardeoverdracht collectief en treedt niet in de beoordeling van het individuele belang van de individuele deelnemer."

Een bezwaar- en beroepsprocedure heeft niet het effect dat de individuele deelnemer zijn belangen kan laten toetsen bij DNB, aldus het kabinet. "Terwijl, indien bezwaar en beroep mogelijk zijn, het idee zou kunnen ontstaan dat de deelnemer zijn individuele belangen kan laten toetsen door DNB. De regering acht de onafhankelijke geschilleninstantie, of de civiele rechter, hiervoor de meest gerede partij."

Overbruggingsplan

Pensioenfondsen kunnen kiezen voor het zogeheten transitie-ftk als ze verwachten de waarde van opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten te zullen aanwenden overeenkomstig de gewijzigde pensioenregeling. "Door het indienen van een overbruggingsplan geeft het pensioenfonds aan gebruik te willen maken van het transitie-ftk. In het overbruggingsplan geeft het pensioenfonds aan hoe het verwacht toe te groeien naar de invaardekkingsgraad. Als de verwachting is dat de invaardekkingsgraad niet wordt gehaald, wordt in het overbruggingsplan aangegeven welke maatregelen, zoals bijvoorbeeld een vermindering van de pensioenaanspraken en –rechten of een premieverhoging, zullen worden genomen zodat de invaardekkingsgraad toch wordt gehaald."

Dat plan moet worden voorgelegd aan DNB en tegen het besluit van de toezichthouder kan een fonds bezwaar maken. "De regering acht het niet wenselijk dat in aanvulling hierop bezwaar en beroep zou kunnen worden ingesteld door individuele deelnemers", aldus Schouten. "Ook hierbij is de regering van mening dat de mogelijkheid voor een individuele deelnemer om bezwaar te maken tegen het besluit van DNB om al dan niet in te stemmen met het overbruggingsplan niet is beoogd en ook niet in lijn met het voorstel van Wet toekomst pensioenen is."

Wel hebben het verantwoordingsorgaan of het belanghebbendenorgaan een advies- respectievelijk goedkeuringsrecht op het overbruggingsplan. "Voor het verantwoordingsorgaan staat de mogelijkheid open om, bijvoorbeeld als het overbruggingsplan niet in overeenstemming met het advies is vastgesteld, beroep in te stellen bij de ondernemingskamer van het gerechtshof Amsterdam."

Rob van de Laar

Rob van de Laar

redacteur AM

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.