Bemiddelaar hoefde niet van uitsluiting te weten: coronaclaim festivalorganisator afgewezen

Bemiddelaar hoefde niet van uitsluiting te weten: coronaclaim festivalorganisator afgewezen

Een Brabantse festivalorganisator die zijn aanvraag voor een evenementenverzekering in de carnavalsweek van 2020 vertraging zag oplopen, kan daarvoor bemiddelaar Midden Brabant Advies niet aansprakelijk houden, oordeelt de rechter. Na die week was het vanwege de coronapandemie niet meer mogelijk een polis te sluiten; de organisator krijgt de kosten van een geannuleerd festival niet vergoed. De uitspraak van de rechtbank in de bodemzaak is al in juni gedaan, maar nu pas gepubliceerd.

Het bedrijf Rebirth organiseert jaarlijks meerdere muziekfestivals in de Brabantse regio Haaren-Helvoirt. Een daarvan is het op technomuziek gerichte Rebirth Festival, dat tienduizenden bezoekers trekt.  Voor 2020 staat de achtste editie van het festival op het programma - voor 10 tot en met 12 april om precies te zijn.

Polis via beurs

Bij vaste adviseur Midden Brabant Advies (MBA) klopt de organisatie aan voor de evenementenverzekering. Die liep altijd (rechtstreeks) bij Nationale-Nederlanden, maar in 2019 is de polis gesloten via beursmakelaar Schreuder Verzekert  omdat de polis vanwege de hoogte van het te verzekeren risico niet meer door één maatschappij kon worden verzekerd. Dat jaar is er ook meteen een schade van € 27.563 die wordt vergoed.
Op 20 februari, voor het carnavalsweekend, neemt Rebirth contact op met MBA om de polis te regelen, wat doorgaans enkele weken duurt. MBA vraagt om een Integraal Organisatie Plan (IOP) van het festival. Dat plan wordt via WeTransfer verstuurd, maar vier dagen later krijgt Rebirth de melding dat het bestand nog niet is gedownload.

Vakantie dwarsboomt aanvraag

Wat blijkt: de behandelaar bij MBA heeft vakantie en leest het bericht pas op 28 februari. Dat is de dag nadat in Nederland de eerste coronabesmetting is vastgesteld. Rebirth vraagt meteen of het moeten afgelasten van het evenement wegens coronamaatregelen onder de dekking valt. Voorheen waren onvoorziene omstandigheden wegens (onder meer) pandemieën altijd verzekerd op de evenementenpolis. 
Maar de behandelaar bij MBA geeft aan dat hij het IOP nog niet heeft ontvangen en stuurt meteen het persbericht van Nationale-Nederlanden door waarin staat dat verzekeraars vanaf 27 februari 2020 op polissen voor evenementenverzekeringen een uitsluiting hebben opgenomen ten aanzien van dekking voor schade wegens epidemie, pandemie of besmettelijke ziekten als onvoorziene omstandigheid.
Rebirth probeert nog een polis te sluiten met pandemiedekking, maar dat lukt niet meer. Het festival gaat niet door vanwege het verbod op evenementen dat per 23 maart is afgekondigd.

Proactief handelen

Bij de rechter vordert Rebirth een voorschot van een ton op de schade door het moeten afgelasten van het festival. MBA had proactief moeten handelen in de eerste maanden van 2020 door te waarschuwen voor dekkingsuitsluitingen. Bovendien is niet gezorgd voor een adequate en snelle indiening van de verzekeringsaanvraag op 20 februari: MBA had moeten vragen waar het IOP-document bleef en had al een voorlopige aanvraag moeten indienen nog voor de eerste coronabesmetting een feit was. De behandelaar wordt verder gebrek aan besef van urgentie verweten. Hij was vanaf 22 februari 2020 met vakantie zonder te zorgen voor adequate waarneming, zo pleit Rebirth.
MBA stelt daar tegenover dat het slechts als bemiddelaar fungeerde en dat de verantwoordelijkheid voor het tijdig aanvragen van de evenementenverzekering en de omvang van de te verkrijgen dekking volledig bij Rebirth lag. Alvast een aanvraag indienen zou geen zin hebben gehad omdat het IPO nodig was om het risico te kunnen beoordelen.  MBA voert verder nog aan dat ook vanaf 20 februari geen pandemierisico meer verzekerd kon worden.

Uitsluitingsdreiging niet algemeen bekend

De rechter stelt allereerst vast dat het voor 20 februari 2020 binnen de beroepsgroep van assurantietussenpersonen niet algemeen bekend was dat verzekeraars vanwege het coronavirus het pandemierisico bij evenementenverzekeringen mogelijk niet langer zouden gaan verzekeren.  Dat er in het buitenland sprake van was dat het coronavirus zich snel verspreidde, wil nog niet zeggen dat het virus mogelijk ook gevolgen zou hebben voor de verzekeringsbranche in Nederland, aldus de rechter.
Dat op 15 februari in Schade Magazine een artikel stond met de aankondiging dat vanwege het coronavirus verzekeraars met uitsluitingen zouden komen voor de evenementenverzekering, is ook niet voldoende. "Deze publicatie [is] onvoldoende om ervan uit te gaan dat het binnen de beroepsgroep van assurantietussenpersonen algemeen bekend was dat verzekeraars vanwege het coronavirus het pandemierisico bij evenementenverzekeringen mogelijk niet langer zouden gaan verzekeren."

Wetenschap bij één tussenpersoon niet voldoende

Ook de pandemie-uitsluiting die Chubb eind januari aan Klap No Risk BV heeft medegedeeld kan het oordeel niet wijzigen: "Dat één assurantietussenpersoon eind januari 2020 op de hoogte was van een komende uitsluiting, is onvoldoende om te kunnen oordelen dat sprake is van algemene bekendheid. Daarbij is van belang dat het ook niet voor de hand ligt dat het algemeen bekend was dat verzekeraars de pandemiedekking mogelijk zouden gaan uitsluiten, nu verzekeraars er (juist) geen belang bij hebben om deze informatie reeds voor de wijziging van de door hen gehanteerde polisvoorwaarden met assurantietussenpersonen te delen."
Had MBA dan wel in de week na 20 februari moeten waarschuwen? Nee, vindt de rechter. Die stelling heeft Rebirth onvoldoende onderbouwd. Bovendien is niet gebleken dat het achterwege blijven van een aanvraag in die week niet aantoonbaar tot schade heeft geleid. Er is niet aangetoond dat in die week nog een passende evenementenverzekering had kunnen worden afgesloten.

Bij Klap No Risk kon het nog wel

Rebirth heeft nog aangevoerd dat Klap No Risk op 26 februari 2020 nog wel binnen een dag dekking kon vinden voor twee evenementen van organisator MiDek. Maar dat kan de rechter niet overtuigen: "Vaststaat dat de dekking voor die beide evenementen wezenlijk afwijkt van de dekking die Rebirth wilde voor het Rebirth Festival. Zo bedraagt bijvoorbeeld de verzekerde som voor de rubriek onkosten voor het evenement 'Gezelligheid Kent Geen Tijd' € 700.000, terwijl Rebirth voor die rubriek een verzekerde som wilde van € 1.900.000."
Dat de polis voor het Rebirth Festival op de beurs gesloten moest worden, maakt bovendien dat een afronding van de aanvraag binnen een week al helemaal niet aan de orde was, gaat de rechter verder. "Rebirth heeft op de mondelinge behandeling zelf aangegeven dat de doorloopsnelheid voor een op de assurantiebeurs ondergebrachte verzekering met een volledig risico 13 à 14 dagen bedraagt."
Tot slot kan Klap No Risk als gevolmachtigde snel een polis opmaken. MBA kan dat niet "en bovendien geldt een dergelijke volmacht niet voor verzekeringen die op de assurantiebeurs worden afgesloten".

Toch nog een aanbod in maart

Rebirth heeft nog een opmerkelijk laatste ijzer in het vuur: een aanvraag voor een evenementenverzekering die het zelf bij Klap No Risk heeft ingediend op 8 maart 2020. Dat leidde wél tot een aanbod, op 18 maart. Maar ook dat heeft geen effect: "Ook hieruit blijkt niet dat het mogelijk was om binnen een tijdsbestek van 7 dagen een evenementenverzekering af te sluiten. Tussen de aanvraag en de afgifte van de offerte zitten immers 10 dagen."
Rob van de Laar

Rob van de Laar

redacteur AM

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.