De meeste Nederlandse banken halen nog steeds een onvoldoende op dit punt. Wel constateert De Eerlijke Bankwijzer dat ABN Amro en Van Lanschot bezig zijn met een inhaalslag ten opzichte van 2020. De meeste banken komen niet verder dan het rapportcijfer 4. ING scoort met een 1,5 ronduit slecht. Alleen de Volksbank haalt een dikke voldoende met een 9. De lage scores zijn vooral te wijten aan een blinde vlek voor vrouwenrechten bij de leningen en beleggingen van banken.
Ongelijkheid onderwerp van onderzoek
Voor het rapport onderzocht de Bankwijzer de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen binnen de banken zelf en hun aanpak hiervan bij de bedrijven waarin de banken investeren. “Banken hebben niet alleen de verantwoordelijkheid om ongelijkheid tussen vrouwen en mannen in hun eigen bedrijf aan te pakken, maar ook via hun leningen en beleggingen”, zegt projectleider Barbara Oosters. “Voor de meeste banken heeft dit nog steeds veel te weinig prioriteit.”
Flinke loonkloof mannen en vrouwen
Binnen de bankorganisaties komt de ongelijkheid tussen vrouwen en mannen het scherpst naar voren in de salarissen. Het loonverschil tussen vrouwen en mannen in de financiële sector behoort tot het grootste in de Nederlandse economie. Werkende vrouwen verdienden in 2021 gemiddeld 6,9 procent minder dan mannen. Dit verschil bedraagt 23,8 procent in de financiële sector. Van de acht banken rapporteerden alleen ABN Amro, Van Lanschot Kempen en de Volksbank over maatregelen die zij nemen om deze kloof te dichten.
Nederland achterin Europese middenmoot
Het CBS maakte vandaag ook de cijfers bekend van de loonkloof tussen mannen en vrouwen. Met de loonkloof staat Nederland achterin de middenmoot in Europa. In Luxemburg is het verschil in uurloon minder dan 1 procent. In Roemenië, Slovenië, Italië en Polen is er minder dan 5 procent verschil. De kloof is het grootst in Letland, waar vrouwen 22 procent minder verdienen dan mannen. Het uurloon van vrouwen lag in 2020 14 procent lager dan dat van mannen. Het CBS geeft daarvoor als verklaring dat vrouwen vaker een deeltijdbaan en minder vaak een leidinggevende functie hebben. Ook was het mannelijke deel van de beroepsbevolking gemiddeld ouder en wat hoger opgeleid. In 2008 bedroeg het verschil in uurloon overigens nog 20 procent.
Diversiteitsquotum nader onderzocht
Het vrouwenquotum is ook altijd een onderwerp waarover organisaties graag van zich laten horen op Internationale Vrouwendag. Het Centraal Planbureau meldt vandaag antwoord te willen krijgen op de vraag of het instellen van een diversiteitsquotum om bijvoorbeeld meer vrouwen aan de top van het bedrijfsleven te krijgen effect heeft. De komende tijd wordt hier onderzoek naar gedaan.
Betere verhouding mannen en vrouwen
Sinds 1 januari dit jaar moet een nieuwe benoeming in de raad van commissarissen van beursgenoteerde bedrijven bijdragen aan een betere verhouding tussen mannen en vrouwen. Voorafgaand aan het onderzoek is een zogeheten nulmeting uitgevoerd. Daaruit kwam naar voren dat 30 procent van de bedrijven nog niet aan de nieuwe norm voldoet. Bij 17 procent van de bedrijven zit helemaal geen vrouw in de toezichthoudende raad.
Van Gennip: geen strenger quotum
Minister Karien van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid geeft aan nog niet na te willen denken over een strenger vrouwenquotum voor het Nederlandse bedrijfsleven. Zij wil de huidige regels even de tijd geven en pas naar nieuwe maatregelen kijken wanneer die niet blijken te werken. Dat zei Van Gennip via een videoverbinding tijdens het zogeheten topontbijt gehouden ter gelegenheid van Internationale Vrouwendag.