Geen pensioenafkoop voor winkelmedewerkster in bij voorbaat verloren kort geding

Geen pensioenafkoop voor winkelmedewerkster in bij voorbaat verloren kort geding

Een opmerkelijke rechtszaak over de afkoop van pensioen diende onlangs bij de voorzieningenrechter. Een vrouw eiste dat de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Detailhandel op straffe van een dwangsom van 10.000 euro per dag het pensioen dat ze hier heeft opgebouwd afkoopt.

Bij voorbaat stond al vast de winkelmedewerkster in het ongelijk gesteld zou worden en dat het kort geding haar geld kost in plaats van oplevert. De in 1971 geboren vrouw verscheen niet in de rechtszaal en liet zich evenmin door een advocaat vertegenwoordigen tijdens de rechtszaak die in Utrecht diende. Iets wat vrij ongebruikelijk is wanneer om een voorlopige voorziening wordt gevraagd.

Fonds wijst afkoopverzoek af

De rechtszaak volgde op een afwijzing van het fonds vorig jaar toen de vrouw verzocht om het opgebouwde pensioen af te mogen kopen. Het pensioenfonds weigerde dit, omdat dit gewoonweg niet is toegestaan in haar geval. Op grond van de Pensioenwet mag een pensioenuitvoerder aan een dergelijk verzoek alleen gehoor geven wanneer het opgebouwde pensioen onder de afkoopgrens blijft. Die ligt voor 2022 op € 520,35 per jaar. De vrouw had meer opgebouwd en daarom kon het fonds niet anders dan haar verzoek weigeren.

Vrouw gaf geen toestemming voor wet

De vrouw meldde daarop per brief aan het pensioenfonds dat zij geen toestemming heeft gegeven voor de wet waarop het fonds zich baseert. Ze verzoekt nogmaals om afkoop van het pensioen, waarop het bedrijfstakpensioenfonds opnieuw in een schrijven aangeeft dat het dit weigert. De vrouw vond dat onvoldoende en klom nog twee keer in de pen en schreef kort samengevat dat de Pensioenwet niet op haar van toepassing is en zij afkoop wil.

Via kort geding gelijk halen

Rond de jaarwisseling bedacht ze dat een kort geding dé aangewezen manier is om haar eis kracht bij te zetten. Ze vorderde daarom veroordeling van het bedrijfstakpensioenfonds om het pensioen van per direct af te kopen op straffe van een dwangsom van 10.000 euro voor elke dag of elk dagdeel dat het fonds in gebreke blijft.

Simpele zaak voor rechter

Voor de voorzieningenrechter – die zich niet uitsprak over de vraag of de kwestie wel een spoedeisend karakter heeft – was de kwestie simpel. “Het pensioen dat eiseres heeft opgebouwd wordt pas uitgekeerd zodra zij de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt. Een pensioenuitvoerder mag het pensioen niet afkopen als het boven de afkoopgrens ligt.” Ook is de kantonrechter het oneens met de vrouw dat de Pensioenwet niet voor haar geldt.

Pensioenuitvoerder moet zich aan wet houden

“In de democratische rechtsstaat Nederland zijn mensen verkozen om wetten te maken. Zij zitten in de Staten-Generaal", aldus de rechter. "De Pensioenwet is vastgesteld door de regering en de Staten-Generaal gezamenlijk. Aan deze wet heeft een pensioenuitvoerder zich dan ook te houden.” Omdat de vrouw in het ongelijk is gesteld krijgt ze geen geld, maar moet ze de juridische kosten van 498 euro die het bedrijfstakpensioenfonds heeft gemaakt vergoeden.

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.