Volksbank wil dat klant hypotheek oversluit maar verhindert dat zelf met zware BKR-notering

Volksbank wil dat klant hypotheek oversluit maar verhindert dat zelf met zware BKR-notering

Toen de Volksbank er in mei 2019 achter kwam dat het appartement van een klant zonder toestemming werd verhuurd, gaf het de particulier drie opties. De huur beëindigen, de hypotheek aanpassen, of de lening terugbetalen. Toen de klant NN en NIBC bereid vond de hypotheek over te sluiten, eiste de Volksbank de lening plotseling op en plaatste het een onoverkomelijke BKR-notering. In het kort geding trekt de bank aan het kortste eind: de notering moet worden verwijderd.

Hoewel het echtpaar blijft beweren dat het om onwetendheid ging, vermoedt de Volksbank dat er bij hen nooit de intentie geweest is om zelf in het appartement te gaan wonen. Het bewijs dat de man er enkele maanden gewoond heeft toen het slecht ging met de relatie, werd door de bank niet geaccepteerd. Daarna heeft de Volksbank zich op het standpunt gesteld dat er opzet was. Daarop werd de relatie per direct beëindigd, de volledige lening opgeëist en een BKR-notering aangemaakt.

'Notering blijft'

Op dat moment had de afdeling speciaal beheer echter al andere voorstellen gedaan. Aflossing door het oversluiten van de hypotheek werd daarbij expliciet genoemd in een email. NIBC en Nationale-Nederlanden - waar de klant zijn hoofdwoning financierde - waren daar ook toe bereid, totdat de BKR-notering opdook. NIBC trok zich helemaal terug, terwijl NN als voorwaarde stelde dat de BKR-notering zou worden verwijderd. De Volksbank was daar niet toe bereid.

Verrast en geschaad

Wat de voorzieningenrechter betreft heeft de Volksbank de klant daarmee niet alleen verrast, maar ook in hun belangen geschaad. Na de voorstellen van speciaal beheer is er nooit gesproken over een BKR-notering.

De rechter stipt nog wel aan dat de Volksbank weliswaar verplicht is om een melding te doen bij BKR zodra een lening per direct wordt opgeëist.  “[…], maar gezien de opstelling van de Volksbank tot aan de brief van 18 november 2019 behoefden [eisers] niet op de BKR-registratie en de voor hen zeer nadelige gevolgen te rekenen”, schrijft de rechter in de uitspraak. Het is volgens de rechter aan de klagers om Nationale-Nederlanden nu zo precies mogelijk te informeren over hun financiële verleden, ‘waartoe ook de achtergrond van dit kort geding behoort.’

Onderwerpen beheren

Mijn artikeloverzicht kan alleen gebruikt worden als je bent ingelogd.