Conservatrix ging in december vorig jaar failliet, met onzekerheid tot gevolg voor de 71.000 polishouders van de levensverzekeraar. De financiële situatie van Conservatrix was al jarenlang slecht, maar de verkoop aan het financieel conglomeraat Eli Global van de Amerikaanse zakenman Greg Lindberg betekende het einde. Toen hij weigerde kapitaal bij te storten om de financiële positie van Conservatrix op peil te brengen, zoals was beloofd, volgde het faillissement.
'Complicerend taboe'
De commissieleden, Pauline van der Meer en Roelof Konterman, vinden dat DNB teveel vasthield aan het voorkomen van een korting op de polissen. Er wordt in het rapport zelfs gesproken over een ‘complicerend taboe’ op het onderhandelen en het bereiken van overeenstemming met eventuele overnemende partijen. Een korting op de aanspraken van polishouders was voor DNB ‘de facto onbespreekbaar’.
Tunnelvisie
Daardoor leed DNB bij de zoektocht naar een nieuwe eigenaar aan een tunnelvisie op Lindberg als de beste nieuwe eigenaar van Conservatrix, hoewel er al signalen waren dat hij niet geheel betrouwbaar was. Later bleken die geluiden terecht, want hij werd in de zomer van 2020 veroordeeld voor omkoping van een Amerikaanse toezichthouder.
Verzet tegen inmenging DNB
De commissie erkent dat DNB zich wel sterk heeft ingespannen om de situatie bij Conservatrix te verbeteren. Dat werk zou er niet makkelijker op gemaakt zijn doordat de directies van Conservatrix zich verzetten tegen inmenging van de toezichthouder. DNB zegt de lessen over het doen van betrouwbaarheidsonderzoek naar nieuwe kopers ter harte te nemen. Tegelijkertijd benadrukt de raad van commissarissen van DNB dat het nodig blijft om veel aandacht te besteden aan de juridische kant van ingrepen bij verzekeraars.