De maatregel was al aangekondigd in een brief aan de Tweede Kamer. De aanpassing bestaat uit een wijziging van het Besluit kredietvergoeding door het verlagen van de daarin opgenomen opslag op de wettelijke rente van 12 procentpunten naar 8 procentpunten. “Deze verlaging sluit aan bij de verlaging van de rente die banken hebben doorgevoerd op rood staan naar aanleiding van de motie van Kamerlid Ouwehand die de regering verzoekt om alles in het werk te stellen om banken te bewegen om de rentes te verlagen die zij aan consumenten berekenen bij rood staan”, licht de minister toe. “Er zijn echter kredietaanbieders die nog altijd kredietvergoedingen hanteren gelijk aan of dichtbij de maximale kredietvergoeding. Dat vind ik in deze tijd zeer onwenselijk. Ik vind het belangrijk om ook vanuit de regelgeving te borgen dat kredietaanbieders redelijke tarieven rekenen aan consumenten.”
Juist bij kleine kredieten zijn de achterstanden het grootst”
Vooral effect op kleine kredieten
Juist nu kunnen mensen door verlies van inkomen meer behoefte hebben aan een persoonlijke lening of genoodzaakt zijn een product met krediet te betalen, aldus Hoekstra. “De huidige maximale kredietvergoeding beschermt consumenten onvoldoende tegen de hoge kosten van krediet.” De verlaging is mede gebaseerd op notitie van het Nibud, die de voor- en nadelen van een verlaging van de maximale kredietvergoeding heeft beschreven. “Nibud geeft aan dat huishoudens in acute liquiditeitsproblemen kunnen komen door de coronacrisis. Zij kunnen proberen (onverantwoord) krediet te verkrijgen waarbij zij zich in een afhankelijke situatie bevinden ten opzichte van kredietverstrekkers. Nibud beschrijft dat een verlaging van de maximale kredietvergoeding vooral effect zal hebben op kleine, kortlopende kredieten, waaronder de kleine goederenkredieten. Bij deze kredieten wordt vaker de maximale kredietvergoeding gerekend. Uit onderzoek van de AFM blijkt dat juist bij deze categorie kredieten de achterstanden, en dus de problemen voor consumenten, het grootst zijn. Deze kredieten worden vaak afgesloten door financieel kwetsbare consumenten of consumenten die al in financiële problemen zitten en bijvoorbeeld rondkomen door (bijna) permanent rood te staan of een product op afbetaling te kopen tegen een hoge rente.”
De kredietvergoeding moet ook weer niet te laag worden, geeft het Nibud aan, omdat aanbieders de kosten en risico’s van kredieten met een korte looptijd, een laag kredietbedrag of kredieten aan risicovolle huishoudens onvoldoende kunnen beprijzen. “Een gevolg kan zijn dat kredietverlening afneemt of kredietvormen zelfs helemaal verdwijnen. Dit kan ook nadelig zijn voor consumenten die krediet nodig hebben.”
Structurele verlaging onderwerp van onderzoek
Er wordt nog altijd gekeken naar een nieuwe structurele maximale kredietvergoeding, schrijft de minister, die dat onderzoek in het voorjaar aankondigde. “Bij dat onderzoek wordt onder andere gekeken naar de effecten van technologische ontwikkelingen en maatregelen ter voorkoming van overkreditering op de opbouw van de kredietvergoeding alsmede naar de effecten van een verlaging op de vraag naar en het aanbod van krediet.”
Einddatum 1 maart
De maximale kredietvergoeding geldt voor alle soorten consumptief krediet dat wordt verstrekt aan consumenten, inclusief rood staan, sociale kredieten van gemeentelijke kredietbanken en gespreid betalen met een creditcard. Het lagere maximum geldt voor alle nieuwe leningen die consumenten afsluiten en voor nieuwe opnames binnen de kredietlimiet van al afgesloten doorlopende kredieten. “Voor reeds afgesloten kredieten waarbij het uitstaande saldo afloopt, blijft de maximale kredietvergoeding gelden die van toepassing was voor de verlaging.” Hoekstra heeft het besluit geconsulteerd. In de reacties is onder meer aangedrongen op het opnemen van een einddatum. Daaraan geeft de minister gehoor: de maatregel geldt tot 1 maart volgend jaar. “Wel is tevens de mogelijkheid opgenomen om de beëindiging nog met maximaal een half jaar uit te stellen, mochten de omstandigheden daartoe nopen.”