Afgelopen weekeinde kwamen kabinet en sociale partners tot overeenstemming over de uitwerking van het vorig jaar juni gesloten pensioenakkoord. Afgesproken is dat de noodzaak voor het gebruik van rekenrente en dekkingsgraden vervalt. De vrijstellingsregeling van vorig jaar is ook dit jaar van toepassing. Dit betekent concreet dat pensioenfondsen met een dekkingsgraad boven 90% de pensioenen niet hoeven te verlagen, terwijl normaal gesproken al bij een dekkingsgraad onder de 100% tot korting moet worden overgegaan. De dekkingsgraad van 31 december van dit jaar is daarvoor bepalend. Reden om minder snel te korten is de coronacrisis. Overigens moeten de vakbonden de uitwerking van het akkoord nog wel aan hun leden voorleggen.
Fondsen stappen over op premieregelingen
Bovendien is afgesproken dat de pensioenaanspraken worden losgelaten. Voor pensioenfondsen geldt dat die overstappen op premieregelingen. Het Verbond juicht dit toe maar stelt dat werknemers en werkgevers die al eerder kozen voor een dergelijke regeling hiervan nadeel ondervinden. “Deze weeffout in een verder positieve en noodzakelijke vernieuwing moet worden hersteld.” De brancheorganisatie is positief dat deelnemers van bedrijfstakpensioenfondsen kunnen overstappen op de premieregeling. “Maar we moeten voorkomen dat werknemers en werkgevers die al zo’n regeling hebben, onnodig gedupeerd worden," aldus algemeen directeur Richard Weurding.
Premiesystematiek probleem voor nieuwe werknemers
De problemen worden veroorzaakt door de nieuwe premiesystematiek die is afgesproken. Daarbij gaan ook voor bestaande premieregelingen een zogeheten leeftijdsonafhankelijke premie gelden. Omdat de flatrate een fors nadeel oplevert voor alle actieve deelnemers en vooral die tussen de 40 en 55 jaar, wordt nu voorgesteld om de situatie voor bestaande werknemers ongewijzigd te laten, maar voor nieuwe werknemers het gewijzigde systeem te hanteren.
Hoge kosten voor werkgevers
Bij zo’n overgangsregime moet een werkgever twee pensioenregelingen gaan aanbieden: een voor bestaande en een voor nieuwe werknemers. Dat betekent dat deze werkgevers, vaak in het midden- en kleinbedrijf, nog tientallen jaren worden opgezadeld met hoge kosten en volgens het Verbond onnodig complexe en niet-uitlegbare regelingen. Het is volgens het Verbond niet te verkopen dat twee werknemers van dezelfde leeftijd bij dezelfde werkgever straks een verschillende pensioenpremie krijgen. Weurding: "De bedoeling was nu net om de pensioenen transparanter, uitlegbaarder en kostenefficiënter te maken. De regelingen die al aan deze eisen voldoen worden nu enorm in de problemen gebracht.’’
Geef werknemers zelf de keuze
Het Verbond bepleit een aanpak waarbij de huidige premieregelingen ongewijzigd kunnen doorlopen, waarbij werkgevers en hun werknemers zelf de keuze kunnen maken of zij collectief overstappen op een nieuw contract. Een vorm van publieke financiële compensatie voor werkgevers of werknemers die de overstap maken zou volgens het Verbond ook kunnen werken. Weurding: "Kortom: we moeten zorgen dat heel werkend Nederland iets aan dit akkoord heeft, want we moeten er nog decennia mee vooruit”.